Paragrafen

Paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Weerstandsvermogen

Terug naar navigatie - Weerstandsvermogen

Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en alle risico’s waarvoor we geen maatregelen hebben getroffen, maar die voor de financiële positie van onze gemeente wel van materiële betekenis kunnen zijn. Onder weerstandscapaciteit verstaan we de middelen en mogelijkheden waarover we beschikken om niet-begrote kosten te dekken. Denk hierbij aan de algemene reserve en de onbenutte belastingcapaciteit. We houden als ondergrens 10 % van het uitgavenniveau van de jaarbegroting aan als de norm voor het weerstandsvermogen. Dit bedrag dient in de algemene reserve aanwezig te zijn. In deze paragraaf vindt u een inventarisatie van de weerstandscapaciteit, de risico’s en het beleid dat wij op dit gebied voorstaan.

Inventarisatie van de weerstandscapaciteit
Gelet op het raadsbesluit van 23 maart 2009 wordt voor de bepaling van de weerstandscapaciteit uitsluitend gekeken naar de post onvoorzien en de algemene reserve.

Post onvoorzien
Voor de post onvoorzien is een bedrag van €30.000,- vastgesteld.
(amendement 38 bij de begrotingsbehandeling 3 november 2014)

Algemene reserve
De Algemene reserve is het vrij besteedbare eigen vermogen van de gemeente. Deze reserve heeft als belangrijkste functie het vormen van een buffer voor financiële tegenvallers. Tekorten op de jaarrekening komen ten laste van de Algemene Reserve, en overschotten komen ten gunste van de Algemene Reserve.

Algemene reserve per 01-01-2020
3.398.239
Af: rekeningresultaat conform resultaatbepaling 2019 -237.122
Bij: conform de begroting de inkomsten precario 517.000
Af: RV 20/17 saldo voorjaarsbericht 2020 -200.675
Af: RV 20/52 saldo najaarsbericht 2020 -1.149.517
Af: RV  20/14 onttrekking inzake vervanging van de griffier -20.000
Af: RV 20/33 onttrekking inzake coronamiddelen -200.000
   

Algemene reserve per 31-12-2020, exclusief rekeningresultaat 2020

2.107.925

(bedragen in Euro's)

 

Risico’s

In de begroting 2020 zijn de ons toen bekende risico's zo goed mogelijk gekwantificeerd. Dit heeft geleid tot de volgende tabel:

Risico kans percentage Risico
0 5% zeer laag
1 25% laag
2 50% ruim
3 75% hoog
4 100% zeer hoog

 

 

Programma

Risico

Financieel

belang

kans

Reken%

 Risico bedrag Incidenteel

Risico bedrag Structureel

Dienstverlening

Digitale Agenda 2020

50

2

50

25

 

Ruimtelijke ontwikkeling

Planologische procedures

50

2

50

 

25

Sociaal Domein

Inkomensvoorziening

100

2

50

 

50

 

Participatie

150

1

25

 

38

 

Jeugdhulp

600

3

75

 

450

 

Verstrekkingen sociaal domein

200

1

25

 

50

Maatschappelijke participatie

Beheer sportcomplexen en BTW

50

2

50

25

 

 

Leerlingenvervoer

50

2

50

 

25

Leefomgeving

Gladheidsbestrijding

80

2

50

 

40

 

Huurinkomsten Kunstgreep

50

1

25

 

13

 

Baggerdepot

50

3

75

38

 

 

Juridische procedures

100

2

50

50

 

Bestuur en Organisatie

Gemeentegaranties

100

1

25

 

25

 

Algemene uitkering

200

2

50

 

100

 

Bedrijfsvoering van de ambtelijke organisatie

 

 

 

 

 

Paragrafen

Verbonden partijen

150

1

25

 

38

 

Flexibilisering Jeugdgezondheidszorg

50

2

50

 

25

 Totaal

 

 

 

 

 138

879

( Bedragen x € 1.000,-)

 

Terugkijkend op het jaar 2020 naar welke zaken daadwerkelijk hebben geresulteerd in (negatieve) financiële effecten, komen wij tot het volgende overzicht:

 

 
Inkomensvoorziening Maatregelen zijn effectief waardoor risico zich niet heeft voorgedaan.
Participatie Maatregelen zijn effectief waardoor risico zich niet heeft voorgedaan.
WMO De beheersmaatregelen zijn achteraf gebleken niet voldoende geweest. Vanwege meerdere oorzaken is het budget overschreden. De  landelijke maatregel om het abonnementstarief voor huishoudelijke hulp te verlagen en detoename op het aangepast vervoer als gevolg van de landelijke trend, die samenhangt met de vergrijzing zijn de belangrijkste oorzaken waardoor de lasten op WMO over de begroting heen gegaan.
Jeugd

Het risico heeft zich voorgedaan. De groei in aantal cliënten van 2020 ten opzichte van 2019 heeft hier mede voor gezorgd. Daarnaast heeft er minder uitstroom plaats gevonden van een aantal dure cliënten naar de WLZ door de verlengde jeugdwet.  We zien dat de beheersmaatregel "Starten in het goedkopere B segment" goed is uitgevoerd. Echter heeft dit, door de groei van kinderen in de zorg, niet de totale kosten kunnen verlagen. Administratief hadden zowel gemeenten als aanbieders het beter op orde waardoor we in het voorjaars- en najaarsbericht konden bijstellen naar een realistischere begroting. Echter bleek dit eind 2020 nog niet voldoende.

Baggerdepot Het depot is gesaneerd in 2017en niet meer in gebruik. Het risico bestaat, dat het alsnog vrij van begroeiing moet worden opgeleverd.
Sporthal Oostzaan Het risico heeft zich niet voorgedaan. Door het opnemen van een garantiesubsidie in de begroting, is het de intentie om de sporthal geen negatief rekeningresultaat te laten behalen. Echter door de corona bestaat de kans, dat naar verwachting in 2021 een extra aanvraag door de Sporthal Oostzaan over het jaar 2020.
Juridische procedures Het budget voor juridische procedures is aangepast in het voorjaarsbericht 2020. Door een aantal lopende juridische procedures is het budget overschreden.
Algemene Uitkering Het definitieve accres, waarop de Algemene Uitkering 2020 is gebasseerd, wordt vastgesteld in 2021. Hiermee is bij het opstellen van de jaarrekening 2020 nog geen rekening gehouden.
   

 

 

 

Financiële Kengetallen

Terug naar navigatie - Financiële Kengetallen

Uitbreiding BBV (Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten)

Met ingang van 2016 is het BBV uitgebreid. Een onderdeel daarvan is al vanaf de begroting 2016 van kracht, namelijk het opnemen van een aantal verplichte financiële kengetallen die meer zicht moeten geven over de financiële positie en de vergelijkbaarheid daarvan met andere gemeenten.

Netto schuldquote

De netto schuld weerspiegelt het niveau van de schuldenlast van de gemeente ten opzichte van de eigen middelen. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie.

Netto schuldquote (bedragen x €1.000,-)

31-12-2019

jaarrekening

31-12-2020

begroting

31-12-20

rekening

A Vaste schulden

27.792

32.006 26.597

B Netto vlottende schuld

978 983 6.273

C Overlopende passiva

0 1.230 0

D Financiele Activa (excl verstr. leningen

1.213 1.172 34.035

E Uitzettingen < 1 jaar

3.145 3.880 4.591

F Liquide middelen

176 147 185

G Overlopende activa

144 30 68

H Totale baten excl. Mutaties reserves

22.364 20.824 23.948

Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H*100%

107,73 %

139,35 %

-25,09 %

 

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

Om inzicht te verkrijgen in hoeverre sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven. Op die manier wordt duidelijk in beeld gebracht wat het aandeel van de verstrekte leningen is en wat dit betekent voor de schuldenlast.

Netto schuldquote (bedragen x € 1.000,-)

31-12-2019

jaarrekening

31-12-2020

begroting

31-12-20

rekening

A Vaste schulden

27.792

32.006

26.597

B Netto vlottende schuld

978

983

6.273

C Overlopende passiva

0

1.230

0

D Financiele Activa (incl verstr. leningen

1.666

1.635

34.497

E Uitzettingen < 1 jaar

3.145

3.880

4.591

F Liquide middelen

176

147

185

G Overlopende activa

144

30

68

H Totale baten excl. Mutaties reserves

22.364

20.824

23.948

Netto schuldquote (A+B+C-D-E-F-G)/H*100%

105,70 %

137,13 %

-27,02%

 

 

Solvabiliteitsratio

Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Deze ratio geeft aan het Eigen Vermogen als percentage van het Totale Vermogen.

Hoe hoger de solvabiliteit, hoe beter de financieringspositie van de gemeente.

Solvabiliteitsratio (bedragen x € 1.000,-)

31-12-2019

jaarrekening

31-12-2020

begroting

31-12-20

rekening

A Eigen vermogen

5.547

5.349

3.807

B Balanstotaal41.195

38.788

41.434

39.371

Solvabiliteit (A/B) x 100%

14,30 %

12,91 %

9,6 %

 

Kengetal grondexploitatie

De afgelopen jaren is gebleken dat grondexploitatie een forse impact kan hebben op de financiële positie van een gemeente. De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop. De accountant beoordeelt ieder jaar of de gronden tegen een actuele waarde op de balans zijn opgenomen.

Zoals uit onderstaand staatje blijkt, is er in Oostzaan geen sprake van hoge boekwaarden van grondexploitatie ten opzichte van de exploitatie (in dit geval totale baten).

Grondexploitatie (bedragen x € 1.000,-)

31-12-2019

jaarrekening

31-12-2020

begroting

31-12-20

rekening

A Niet in expl. Genomen bouwgronden

0

0

0

B Bouwgronden in exploitatie

0

 0

0

C Totale baten (excl. Mutaties res)

0

0

0

Grondexploitatie (A+B)/C x 100%

0,00 %

 0,00 %

0,00 %

 

Structurele exploitatieruimte

Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt het onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten. Een begroting waarvan de structurele baten hoger zijn dan de structurele lasten is meer flexibel dan een begroting waarbij structurele baten en lasten in evenwicht zijn.

Structurele exploitatieruimte (bedragen x € 1.000,-)

31-12-2019

jaarrekening

31-12-2020

begroting

31-12-20

rekening

A Totale structurele lasten

21.761

20.518

25.580

B Totale structurele baten

22.364

20.973

23.948

C Totale str. Toevoegingen aan reserves

0

376

756

D Totale str. Onttrekkingen aan reserves

0

61

2.373

E Totale baten excl. Mut reserves

22.364

20.824

22.364

Str. Exploitatieruimte ((B-A)+(D-C))/E x 100%-1.95

2,70 %

0,67 %

0,07 %

 

Belastingcapaciteit: Woonlasten meerpersoonshuishouden

De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB, de rioolheffing en de reinigingsheffing voor een woning met gemiddelde WOZ-waarde in die gemeente. De belastingcapaciteit van gemeenten wordt daarom berekend door de totale woonlasten meerpersoonshuishouden in jaar t te vergelijken met het landelijk gemiddelde in jaar t-1 en uit te drukken in een percentage.

Belastingcapaciteit

Woonlasten meerpersoonshuishouden

31-12-2019

jaarrekening

31-12-2019

begroting

31-12-20

rekening

A OZB lasten bij gezin met gem. WOZ *

285

333

335

B Rioolheffing bij gezin met gem. WOZ

294

298

298

C Afvalstoffenheffing voor een gezin

299

336

336

D Evt. heffingskorting

0

0

0

E Totale woonlasten gemiddelde WOZ

878

967

969

F Woonlasten landelijk gemiddelde (T-1) **

721

733

733

Woonlasten tov. Landelijk gemiddelde ervoor (E/F) x 100 %

121,77 %

131,90 %

132,19 %

*) Bij de OZB-lasten is uitgegaan van de gemiddelde WOZ-waarde (€ 271.000,-), tegen het eigenaartarief. Hierin is dus niet meegenomen dat een deel van de gezinnen geen eigen woning heeft. Niet bekend is hoe dit bij de landelijk gemiddelde woonlasten is verwerkt.

**) De woonlasten van het gemiddelde zijn gebaseerd op de woonlasten van het jaar voorafgaand aan onze jaarcijfers. De gemeentelijke lasten 2019 worden afgezet tegen het landelijk gemiddelde over 2018. Recente cijfers 2019 zijn niet beschikbaar.

 

Paragraaf Financiering

Terug naar navigatie - Paragraaf Financiering

In de BBV (Besluit Beheer en Verantwoording Provincies en gemeenten 2014) is een paragraaf financiering voorgeschreven voor zowel de begroting als de jaarrekening. Deze dient voor transparantie van de treasuryfunctie (financiering) van decentrale overheden. In deze paragraaf worden zo duidelijk mogelijk de plannen, feiten en visie over financiering uiteengezet. De Wet Financiering Decentrale Overheden (wet FIDO) schept een duidelijker kader voor de treasuryfunctie en levert een bijdrage aan de kredietwaardigheid van de openbare lichamen en bevordert de transparantie van de treasuryfunctie. Deze wet introduceert twee instrumenten op het gebied van de treasuryfunctie:
- het treasurystatuut
- de financieringsparagraaf

De doelstelling van het treasurystatuut is om bestaande verantwoordelijkheden en bevoegdheden te formaliseren en expliciet vast te stellen. De gemeenteraad kan dan beter invulling geven aan zijn verordenende en controlerende bevoegdheid. Het tweede instrument, de financieringsparagraaf, heeft als doel inzicht te geven in de algemene interne en externe ontwikkelingen die van belang zijn voor de treasury en de concrete plannen op het gebied van risicobeheer, financieringspositie en leningen en uitzettingenportefeuille.

Door de raad is op 23 augustus 2010 een geactualiseerd treasurystatuut vastgesteld. In dit statuut zijn de organisatie rondom het opstellen van het treasurybeleid, de planning & control cyclus, de organisatie rondom de uitvoering van treasury-activiteiten en de interne en externe controle geregeld.

Uitgangspunten treasurybeleid 2017-2020
In deze paragraaf kijken we terug op de treasury-activiteiten van het jaar 2019. Het uitgangspunt voor de treasury-activiteiten voor de jaren 2017 tot en met 2020 is dat we de bedragen en looptijden van aangetrokken langlopende leningen afstemmen op het renterisico dat de gemeente loopt. De zogenaamde renterisiconorm bedraagt 20%. In 2019 is de renterisiconorm niet overschreden. Op 4 februari 2019 heeft de gemeenteraad een nieuw treasurystatuut aangenomen. De inwerking treding hiervan is 1 januari 2019.

Leningenportefeuille
Hier wordt de ontwikkeling van de portefeuille van de langlopende leningen voor 2020 weergegeven.


Risicobeheer
De Wet FIDO verplicht de kasgeldlimiet en de renterisiconorm in beeld te brengen. De provincie gebruikt deze bij het uitoefenen van haar toezichthoudende functie. De kasgeldlimiet betreft het renterisico van de vlottende schuld. De renterisiconorm betreft het renterisico van de langlopende schuld.

Kasgeldlimiet

Berekening Kasgeldlimiet voor 2020  
Omvang jaarrekening over 2019 39.370.922
- in procenten van omslag 8,5%
(1) Toegestane kasgeldlimiet 3.346.528
(2) Omvang vlottende korte schuld 6.273.183
(3) Vlottende middelen 4.591.328
Contante gelden in kas 185.433,-
Tegoeden in rekening courant 0
Overige uitstaande gelden < 1 jaar 68.692
Toets kasgeldlimiet:  
(4) Totaal netto vlottende schuld (2-3) 1.681.855
Toegestane kasgeldlimiet (1) 3.346.528
Ruimte overschot kasgeldlimiet
1.664.673

Voor het jaar 2020 is de kasgeldlimiet niet overschreden.

 

Rentekosten
De interne rekenrente voor investeringen en dergelijke is voor het jaar 2020 vastgesteld op 3,4 %. Hiermee is het vastgestelde interne rentepercentage vanuit de begroting gevolgd. Hierdoor blijven de berekende kapitaallasten per product gelijk aan de begroting. Wanneer ieder(e paar) jaar de rekenrente zou wijzigen, zouden de lasten van de producten, en hiermee ook de tarieven, steeds veranderen. Daarnaast is het administratief erg veel werk om de kapitaallasten voor alle gedane investeringen te wijzigen op basis van een gewijzigde rekenrente. Financieel heeft het per saldo geen effect als de rekenrente wijzigt. Bij een lagere rekenrente worden de lasten van de individuele producten lager, maar het positieve rentesaldo op het product Financiering wordt eveneens lager. De werkelijke rentelasten 2019 bedragen €  873.559,-.


Solvabiliteit
Met solvabiliteit wordt aangegeven in hoeverre een onderneming de financiële verplichtingen (betalingen) aan verschaffers van vreemd vermogen (leningen) kan nakomen met behulp van alle activa. Aangezien de liquidatiewaarde (verkoopwaarde) van de vaste activa niet bekend is, moet er bij de bepaling van de liquiditeit worden uitgegaan van de boekwaarden van de activa, zoals deze zijn opgenomen in de jaarrekeningen. De solvabiliteit wordt berekend door het eigen vermogen te delen door het totale vermogen x 100%. In onderstaand schema is de berekening van de solvabiliteit berekend op basis van de vastgestelde jaarrekeningen.

Jaar Eigen vermogen Vreemd vermogen Balanstotaal Solvabiliteit
2004 2.365.684,- 18.894.527,- 21.260.211,- 11,13 %
2005 2.452.838,- 24.902.556,- 27.355.394,- 8,97 %
2006 2.535.566,- 32.809.266,- 35.344.832,- 7,17 %
2007 3.771.550,- 36.689.980,- 40.461.530,- 9,32 %
2008 3.548.965,- 38.503.339,- 42.052.304,- 8,44 %
2009 5.038.579,- 41.731.622,- 46.770.201,- 10,77 %
2010 6.073.045,- 39.413.643,- 45.486.688,- 13,35 %
2011 6.144.262,- 38.188.414,- 44.332.676,- 13,85 %
2012 8.940.588,- 34.185.844,- 43.126.432,- 20,73 %
2013 9.216.197,- 33.258.436,- 42.474.633,- 21,70 %
2014 5.740.763,- 36.511.914,- 42.252.677,- 13,58 %
2015 5.383.915,- 35.782.128,- 41.166.043,- 13,07 %
2016 5.856.829,- 33.782.053,- 39.638.882,- 14,78 %
2017 5.680.056,- 35.516.209,- 41.196.265,- 13,79 %
2018 5.011.930,- 37.998.333,- 38.010.263,- 13,19 %
2019 5.547.780,- 33.240.716,- 38.788.496,- 14,30 %
2020 3.807.202,- 35.563.720,- 39.370.922,- 9,67 %
         

Hoe hoger de solvabiliteit, hoe beter de financieringspositie van de gemeente. Afhankelijk van de directe opbrengstwaarde van de activa ligt de minimumnorm voor het bedrijfsleven op een waarde tussen de 25% en 40%. Voor overheden is geen norm opgesteld.

Schatkistbankieren
Op 15 december 2013 is de Wet Verplicht Schatkistbankieren van kracht geworden. Dit houdt in dat decentrale overheden hun overtollige middelen (gelden op rekening-courant bij de bank boven een bepaald drempelbedrag) aan moeten houden bij het Ministerie van Financiën (de schatkist). Het doel hiervan is het verlagen van de EMU-schuld van de collectieve sector. Doordat de decentrale overheden hun tijdelijk overtollige gelden aanhouden in de schatkist, wordt de externe financieringsbehoefte van het Rijk verminderd. De gemeenten hebben een rekeningcourant bij de schatkist waar de gelden op aangehouden kunnen worden. Het zogenaamde drempelbedrag is afhankelijk van de omvang van de begroting. Voor Oostzaan bedraagt deze € 250.000,-. Het totaal van alle liquide middelen op de diverse bankrekeningen, en in kas, mag gemiddeld per kwartaal niet boven dit bedrag uitkomen.

Dagelijks wordt de hoogte van de diverse bankrekeningen in de gaten gehouden en wanneer nodig wordt geld afgeroomd naar onze rekening-courant bij de schatkist. Wanneer dit geld weer nodig is voor het kunnen doen van betalingen, wordt het weer teruggehaald. Hoewel deze taak behoorlijk arbeidsintensief is, zijn in 2020 de liquide middelen ieder kwartaal onder de grens van het drempelbedrag gebleven. In de "toelichting op de balans" zijn de diverse bedragen genoemd.

 

 

Paragraaf Bedrijfsvoering

Terug naar navigatie - Paragraaf bedrijfsvoering

De activiteiten op het gebied van bedrijfsvoering worden uitgevoerd door OVER-gemeenten. Dit is de gezamenlijke werkorganisatie van de gemeente Wormerland en de gemeente Oostzaan. In deze paragraaf leest u een beknopte samenvatting van de Jaarrekening 2020 van OVER-gemeenten. Voor meer informatie verwijzen wij u naar de Jaarrekening van OVER-gemeenten.

 

Algemeen

Het jaar 2020 zal worden herinnerd als het jaar van de pandemie.
Een crisis die de wereld in onbalans bracht en zowel economisch als sociaal-maatschappelijk zijn tol eiste.

Ook de gemeenschappen van Oostzaan en Wormerland zijn hiermee geconfronteerd.
De voortdurende crisisachtige context zorgde voor het stilvallen van economische bedrijvigheid en sociaal-culturele en maatschappelijke activiteiten.

De ambtelijke OVER-organisatie onderging ook deze beperkingen. De medewerkers moesten thuis werken en nieuwe ontwikkelingen konden slechts beperkt doorgaan.

Naast deze pandemie werd onze ambtelijke organisatie dubbel getroffen door bestuurlijke spanningen en het vertrek van de directeur en het managementteam.

Met de komst van de interim-directeur en de aanstelling van een tijdelijk managementteam is getracht de ‘schade’ te beperken en de continuering van diensten en producten zeker te stellen.

Reeds voor het uitbreken van de pandemie werden gemeenten getroffen door ernstige financiële risico’s als gevolg van de decentralisatie van taken, met name op het sociaal domein. Nieuwe ontwikkelingen op terrein van duurzaamheid, klimaatverandering, energietransitie en de Omgevingswet vergen doorgaande investeringen zowel in kennis als in de realisatie. Middelen die de gemeenten veelal niet meer hebben.

De voorlopige uitkomsten van de herverdeling Gemeentefonds maakt beide gemeenten vooralsnog tot ‘voordeelgemeenten’. Echter ook dan blijven de uitdagingen groot.

Niettemin kijken we vooruit en blijven wij optimistisch over de toekomst van de OVER-organisatie. De crisis levert ons veel zelfinzicht op en duidelijkheid over de (on)mogelijkheden. Het is aan beide gemeentebesturen om deze inzichten aan te wenden voor een positiebepaling in de toekomst.

 

Personeel

2020 is voor OVER-gemeenten een bijzonder bewogen jaar geweest. Het ontbreken van een gezamenlijke bestuurlijke ambitie voor OVER-gemeenten en het ontbreken van consensus over de juiste wijze van aansturing van de organisatie heeft in het eerste half jaar van 2020 geleid tot het vertrek van de directeur en alle managementleden van OVER-gemeenten. Onderwijl een organisatie achterlatend die vanaf maart 2020 ook met de gevolgen van de coronacrisis moest omgaan, zowel in en voor de gemeenten, als in de eigen organisatie.

Onder leiding van tijdelijke directie en managementleden is vanaf juli 2020 door medewerkers van OVER-gemeenten gewerkt aan het in stand houden en verbeteren van een solide basis van dienstverlening.

De benodigde opleidings-en trainingsactiviteiten hebben, zoals in het hele land, op een laag pitje gestaan in 2020. Wel is gebruik gemaakt van de digitale mogelijkheden van een OVER-academy, met e-learnings, quicklearnings en webinars etc.

Een totale uitstroom van 20% in 2020 en een mede door COVID-19 verhoogd ziekteverzuim van gemiddeld 7,5% maakten de noodzaak groot voor het aantrekken van relatief veel tijdelijke (extra) capaciteit.

Ondanks deze omstandigheden is begin 2020 de zorgvuldige invoering van de Wet Normalisering Rechtspositie Ambtenaren afgerond. Is het nieuwe functiehuis HR21 verder geïmplementeerd en op een haar na afgerond. Is een nieuw e-hrm systeem ingericht voor medewerkers waardoor zij in 2021 in staat zijn om verlofaanvragen en declaraties ook via een app op de telefoon te kunnen afhandelen. Verder is een start gemaakt met het ‘goede gesprek’ met medewerkers. Dit wordt als eerste stap gebruikt om in 2021 te komen tot een volledig nieuwe gesprekscyclus met medewerkers.

 

Informatievoorziening

Om de ICT-infrastructuur verder te verstevigen werken we aan professionalisering en goed beheer van de automatisering en informatisering. Zo zijn in 2020 grote updates en onderhoud kernapplicaties uitgevoerd, werken we met nieuwe tools als 'Microsoft Teams' en werd een onderzoek naar het applicatielandschap uitgevoerd. Daarnaast is in 2020 een start gemaakt met de Europese aanbesteding van het datacentrum.

Informatiebeveiliging en privacy
In 2020 heeft een verplichte zelfevaluatie op het gebied van informatiebeveiliging plaats gevonden middels de ENSIA (Eenduidige Normatiek Single Information Audit) over de domeinen BRP en Reisdocumenten, Suwinet, BAG, BGT, BRO en DigiD.

Vanaf 2020 waren alle overheidsinstellingen verplicht om te voldoen aan de BIO (Baseline Informatiebeveiliging Overheid), voorheen o.a. BIG. Om inzichtelijk te maken welke stappen hiervoor nodig zijn, is in 2019 een GAP-analyse uitgevoerd van BIG naar BIO. Hieruit zijn actiepunten voortgekomen waaraan in 2020 vervolg is gegeven.

In 2020 is er een zichtbaar groeiende dreiging op het gebied van informatiebeveiliging. Met name zogenaamde gijzelsoftware stond in 2020 in de aandacht. Hierop zijn gedurende 2020 continue de nodige mitigerende maatregelen genomen, dit behelst mede het gevraagd en ongevraagd testen van onze informatiebeveiliging door gespecialiseerde beveiligingsbedrijven. Verder is gedurende het jaar afstemming geweest inzake een datalek met de Autoriteit Persoonsgegevens en zijn daar waar nodig de betrokken partijen geïnformeerd. De maatregelen zijn afdoende geweest. Er zijn geen aanvalspogingen of pogingen tot ransomware gesignaleerd.

Wettelijk gezien moet worden voldaan de Europese Privacywetgeving, de AVG. Binnen OVER-gemeenten is een Functionaris Gegevensbescherming aangesteld. Bewustwording is van blijvend belang, het onderwerp krijgt onder andere aandacht bij het indiensttredingproces en bij het (her)ontwikkelen van werkprocessen concernbreed en binnen vakafdelingen.

Corona
Vanaf half maart 2020 werken de meeste collega’s thuis. Voor diverse teams zorgt corona voor extra werk. Voor meer informatie verwijs ik u naar de aparte Covid-19 paragraaf.

Financieel

De baten en lasten van OVER-gemeenten worden voor 38% toegerekend aan de gemeente Oostzaan en voor 62% aan de gemeente Wormerland, uitgezonderd de afgenomen specifieke dienstverlening. De jaarrekening OVER-gemeenten sluit met een positief saldo van € 192.463.

 

 

Extra gemeenteijke bijdrage

In het Najaarsbericht 2020 van de geemente Wormerland is de bijdrage 2021 aan OVER-gemeenten met een bedrag van € 517.305 verhoogd. Dit omvat het gehele spectrum van personele inzet, kantoorkosten, huur en ict. De doorkijk naar de toekomst en de financiële impact daarvan zijn verwerkt in de begroting 2021.

Paragraaf Verbonden partijen

Paragraaf Verbonden Partijen

Terug naar navigatie - Paragraaf Verbonden Partijen

Algemeen

In deze paragraaf geven wij u het totaal overzicht van onze samenwerkingsverbanden. Deze staan ook uitgesplitst over de programma’s. De gemeenschappelijke regelingen voeren het beleid en het beheer op de betreffende terreinen uit voor de gemeente. In het algemeen geldt dat voor een gemeenschappelijke regeling wordt gekozen, indien de gemeente dit beleid niet alleen, dan wel niet doeltreffend en doelmatig kan uitvoeren. Via deze 'verbonden partijen' (samenwerkingsverbanden) werken wij met andere partijen samen om onze lokale ambities en doelen te bereiken.


Waarom samenwerking?
De gemeente Oostzaan werkt al jaren intensief samen met gemeente Wormerland. Net als onze eigen organisatie draagt dit samenwerkingsverband bij aan het realiseren van onze lokale doelen en ambities. Samenwerkingsverbanden dienen dus een publiek belang.
De organisaties waarin wij deelnemen, dus onze verbonden partijen, maken voor ons beleid of voeren voor ons beleid uit. In principe zouden wij dat ook zelf kunnen doen. Er zijn vier redenen waarom wij een aantal van onze taken toch door een verbonden partij laten oppakken:

1. via samenwerkingsverbanden kan worden samengewerkt aan beleidsuitdagingen die gemeentegrensoverschrijdend zijn of die voor meerdere gemeenten van groot belang zijn;
2. sommige taken vragen specialistische kennis die onze eigen organisatie niet kan bieden;
3. het beleggen van taken bij een samenwerkingsverband kan efficiënter/goedkoper zijn dan de taken in de eigen organisatie te beleggen, waardoor voor minder geld minstens dezelfde (maar vaak een hogere) kwaliteit geleverd kan worden;
4. voor sommige beleidsterreinen is het wettelijk verplicht om een samenwerkingsverband op te richten.

De ambtelijke organisatie zorgt ervoor dat de afstemming tussen gemeente en regionale samenwerkingsverbanden goed verloopt.

 

Wat is een verbonden partij precies?
Een verbonden partij is een privaat- dan wel publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een financieel én bestuurlijk belang heeft:
• de gemeente financiert (samen met de andere deelnemers) de verbonden partij. Mocht de verbonden partij onverhoopt failliet gaan of zijn financiële verplichtingen niet na kunnen komen, dan is de gemeente aansprakelijk;
• de gemeente heeft zeggenschap door vertegenwoordiging (via bijvoorbeeld de burgemeester, een collegelid of een raadslid), dan wel via hoofde van stemrecht, in het bestuur van de verbonden partij.

Een belangrijk onderscheid is het verschil tussen publiekrechtelijke en privaatrechtelijke verbonden partijen. Daarnaast bestaat er nog een mengvorm, de zogenaamde publiek-private samenwerkingsverbanden (PPS-constructies).

Programma 2 Ruimtelijke ontwikkeling

Terug naar navigatie - Programma 2 Ruimtelijke ontwikkeling

 

Naam verbonden partij
Nationaal Landschap Laag Holland
Site http://www.laagholland.nl/nationaal-landschap
Kerngegevens Nationaal Landschap Laag-Holland, gevestigd in Haarlem
Doel / openbaar belang Nationaal Landschap Laag

is een  samenwerkingsverband tussen diverse partijen (provincie, gemeenten, hoogheemraadschap, Natuur- en landbouworganisaties) die zich inzet voor het behoud van de kernkwaliteiten van Nationaal Landschap Laag Holland.

Missie  

De organisatie Laag Holland voert de regie over het Nationaal Landschap. Visievorming op de vele thema’s (landschap, landbouw, natuur, water, recreatie, communicatie) vindt in de stuurgroep plaats. 

Visie Laag, lager, laagst. Mens en natuur hebben in Laag Holland samengewerkt om iets heel moois onder de zeespiegel te maken. Dat vind je terug in de openheid, de prachtige rechte lijnen, en de beschermde stads- en dorpsgezichten. Daarom is Laag-Holland een nationaal landschap. Dat betekent dat het landschap intact moet blijven. Geen grootschalige nieuwbouw dus, maar oude molens, droogmakerijen, weidse uitzichten, en ruimte voor rust en natuur. 
Ontwikkelingen -
Financiën Er zijn geen specifieke gegevens bekend over de financiële huishouding van Nationaal Landschap Laag-Holland omdat deze post is opgenomen in de boekhouding van de provincie Noord-Holland.    
 Risico's en beheersmaatregelen Geen
   

 

Naam verbonden partij
Recreatieschap Twiske Waterland
Site http://www.hettwiske.nl
Kerngegevens Recreatieschap Twiske Waterland, gevestigd te Velsen
Doel / openbaar belang

Recreatieschap Twiske-Waterland is een samenwerkingsverband van diverse gemeenten en de provincie NH. Het recreatieschap wil recreanten laten genieten van het mooie landschap. Het schap legt recreatieve voorzieningen aan zoals fiets- wandel- en vaarroutes en wil het Waterlandse landschap met zijn karakteristieke bebouwing, openheid en bijzondere planten en dieren zo goed mogelijk in stand houden.

Missie Recreatie in het gebied Twiske-Waterland versterken. 
Visie De visie richt zich met name op ruimtelijke ontwikkelingen:
- in het zuidwestelijke deel worden de intensieve voorzieningen en functies geconcentreerd om hier een integrale ontwikkeling tot recreatiecentrum te bewerkstelligen
- in het zuidoostelijk deel vinden ontwikkelingen plaats op en in de directe nabijheid van de boerderij
- voor het overige blijft het huidige extensieve karakter van het gebied behouden
Ontwikkelingen

Tot 2020 werden de begrotingen van het voormalige recreatieschap Het Twiske en Landschep Waterland nog apart gevoerd. Eerder, bij de vaststelling van de Gemeenschappelijke Regeling werd besloten om de onderscheiden exploitatiebegrotingen en de daaruit voortvloeiende bijdragepercentages samen te voegen Deze samenvoeging werd per januari 2020 doorgevoerd.

In 2020 is de visie herijkt. Het recreatieschap heeft een ambitiedocument opgesteld waarin lange en korte termijn doelen zijn geformuleerd. Na het verwerken van zienswijzen door de raden is het document in 2020 vastgesteld en geeft het richting aan een uitvoeringsprogramma. Het uitvoeringsprogramma wordt jaarlijks geüpdatet en draagt bij aan het halen van de doelen uit het ambitiedocument.

Belangrijke doelen zijn:
-Duidelijk vaststellen kaders voor recreatieve ontwikkelingen
-Beheer natuurwaarden beter onderbouwen en communiceren
-Betere ontsluiting van Twiske en vooral Waterland door het uitbreiden van routenetwerken en het creëren van ‘poorten’

Eigen vermogen per 1 januari 2020 € 4.900.000
Eigen vermogen per 31 december 2020 € 4.971.000
Vreemd vermogen per 1 januari 2020 € 448.000
Vreemd vermogen per 31 december 2020 € 572.000
Rekeningresultaat 2020 van de GR € 71.587
Bijdrage gemeente aan GR 2020 € 16.433
 Risico's en beheersmaatregelen Laag risico. Risico's waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen: stormschade, natuurbrand en vandalisme
   

 

Programma 3 Sociaal Domein

Terug naar navigatie - Programma 3 Sociaal Domein

 

Naam verbonden partij
GR Gemeenschappelijke GezondheidsDienst Zaanstreek-Waterland (GGD ZW)
Site ggdzw.nl
Kerngegevens Gemeenschappelijke gezondheidsdienst Zaanstreek-Waterland, Zaandam
Doel / openbaar belang Bevorderen en uitvoeren van de collectieve preventie en andere activiteiten in het kader van de gezondheidszorg.
Missie

GGD Zaanstreek-Waterland beschermt, bewaakt en bevordert de gezondheid en de sociale veiligheid van alle mensen in de regio. Daarbij staat een preventieve en collectieve aanpak voorop, met specifieke aandacht voor bevordering van participatie en ondersteuning van de eigen regie van mensen. Als uitvoeringsorganisatie van de gemeenten sluit de GGD aan bij de gemeentelijke verantwoordelijkheden in het sociaal domein.

Visie

De GGD gaat voor: doorontwikkeling van de eigen kwaliteiten, aansluiten bij en inspelen op nieuwe ontwikkelingen, hantering van een helder afwegingskader voor de uitvoering van contract-taken, investeren in verbinding.

Ontwikkelingen

 De GGD heeft een zwaar bewogen jaar gehad in 2020 door de corona pandemie. Door de pandemie kreeg de GGD extra taken waardoor sommige reguliere werkzaamheden onder druk kwamen te staan. De kritische werkprocessen binnen de GGD zijn tijdens de periode tot aan de zomer wel uitgevoerd. Deze processen zijn Jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen en zorgkinderen, Veilig Thuis, Meld- en Adviespunt Bijzondere Zorg (meldpunt suïcide en wet verplichte GGZ) en algemene infectieziektebestrijding, TBC bestrijding en SOA bestrijding bij acute situaties. De GGD probeert de mogelijke achterstanden die ontstaan zijn in te halen. Eind 2020 is hier een begin mee gemaakt.

De GGD heeft een zwaar bewogen jaar gehad in 2020 door de corona pandemie. Door de pandemie kreeg de GGD extra taken waardoor sommige reguliere werkzaamheden onder druk kwamen te staan. De kritische werkprocessen binnen de GGD zijn tijdens de periode tot aan de zomer wel uitgevoerd. Deze processen zijn Jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen en zorgkinderen, Veilig Thuis, Meld- en Adviespunt Bijzondere Zorg (meldpunt suïcide en wet verplichte GGZ) en algemene infectieziektebestrijding, TBC bestrijding en SOA bestrijding bij acute situaties. De GGD probeert de mogelijke achterstanden die ontstaan zijn in te halen. Eind 2020 is hier een begin mee gemaakt.

De GGD heeft een zwaar bewogen jaar gehad in 2020 door de corona pandemie. Door de pandemie kreeg de GGD extra taken waardoor sommige reguliere werkzaamheden onder druk kwamen te staan. De kritische werkprocessen binnen de GGD zijn tijdens de periode tot aan de zomer wel uitgevoerd. Deze processen zijn Jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen en zorgkinderen, Veilig Thuis, Meld- en Adviespunt Bijzondere Zorg (meldpunt suïcide en wet verplichte GGZ) en algemene infectieziektebestrijding, TBC bestrijding en SOA bestrijding bij acute situaties. De GGD probeert de mogelijke achterstanden die ontstaan zijn in te halen. Eind 2020 is hier een begin mee gemaakt.

De GGD heeft een zwaar bewogen jaar gehad in 2020 door de corona pandemie. Door de pandemie kreeg de GGD extra taken waardoor sommige reguliere werkzaamheden onder druk kwamen te staan. De kritische werkprocessen binnen de GGD zijn tijdens de periode tot aan de zomer wel uitgevoerd. Deze processen zijn Jeugdgezondheidszorg 0-4 jarigen en zorgkinderen, Veilig Thuis, Meld- en Adviespunt Bijzondere Zorg (meldpunt suïcide en wet verplichte GGZ) en algemene infectieziektebestrijding, TBC bestrijding en SOA bestrijding bij acute situaties. De GGD probeert de mogelijke achterstanden die ontstaan zijn in te halen. Eind 2020 is hier een begin mee gemaakt.
Eigen vermogen per 1 januari 2020 € 1.186.642
Eigen vermogen per 31 december 2020 € 959.319
Vreemd vermogen per 1 januari 2020 € 7.030.985
Vreemd vermogen per 31 december 2020 € 10.785.071
Rekeningresultaat 2020 van de GR € 140.314
Bijdrage gemeente aan GR 2020 € 344.078
 Risico's en beheersmaatregelen

Laag risico. Risico's waarvoor geen voorzieningen zijn getroffen: stormschade, natuurbrand en vandalisme

Als zich in de regio calamiteiten voordoen die een bedreiging vormen voor de volksgezondheid (bijvoorbeeld uitbraak infectieziekte), of in het kader van de rampenbestrijding inzet vragen van de GGD, zullen hieruit kosten voortvloeien. Met deze kosten is in de begroting geen rekening gehouden.

In dit kader kan de Coronacrisis worden aangehaald. Deze crisis heeft echter niet geleid tot financiële risico’s. Vanaf het allereerste begin van de crisis was duidelijk dat de GGD de uit deze crisis voortkomende extra kosten niet zelf zou kunnen dragen. Hiervoor is financiële ondersteuning van het Rijk ontvangen.

Vanuit de strategische risico inventarisatie worden drie risico’s benoemd door de GGD:
- beleidsveranderingen van de gemeenten;
- veranderde werkwijze politie;
- veranderende werkwijze GGZ.

   

 

 

 

Programma 5 Leefomgeving

Terug naar navigatie - Programma 5 Leefomgeving

 

Naam verbonden partij
Omgevingsdienst IJmond (OD IJmond)
Site www.odijmond.nl
Kerngegevens  
Doel / openbaar belang De beleidslijnen die door de gemeenten Beemster, Beverwijk, Haarlem, Heemskerk, Purmerend, Uitgeest en Velsen en de Provincie Noord-Holland in hun milieubeleidsplannen en overeenkomsten zijn neergelegd, bepalen in 2019 welke werkzaamheden uitgevoerd worden en worden vastgelegd In het uitvoeringsprogramma 2019 van OD IJmond. De ODIJmond heeft zelf geen milieubeleidsdoelstellingen en is een uitvoerende dienst
Missie

OD IJmond draagt bij aan het bereiken en in stand houden van een veilige en duurzame fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit binnen ons werkgebied. Daarbinnen inspireert OD IJmond burgers en bedrijven tot het nemen van eigen verantwoordelijkheid. Het resultaat is een landelijk vooruitstrevende en toekomstbestendige voorbeeldorganisatie waar partners met vertrouwen mee samenwerken.

Visie

OD IJmond werkt, als onderdeel van het openbaar bestuur, samen met burgers, bedrijven en overheden aan een evenwichtige en duurzame ontwikkeling van onze leefomgeving. Naast vergunningverlening, toezicht en handhaving bij bedrijven, adviseert OD IJmond over de verschillende aspecten van de fysieke leefomgeving en duurzaamheid binnen het ruimtelijke domein.

In de uitvoering van onze taken vervult OD IJmond een proactieve, regisserende en vooral verbindende rol. Als procesregisseur met kennis van zowel Inhoud als uitvoering bevordert OD IJmond een integrale aanpak binnen het ruimtelijk domein en koppelt OD IJmond de juiste partijen aan elkaar. Daarbij is kwalitatieve en adequate dienstverlening leidend. Initiatieven van burgers en bedrijven vragen van OD IJmond een open houding, gericht op wederzijds vertrouwen. Als kennisorgaan anticipeert OD IJmond hierop en faciliteert met een helder inzicht in het speelveld, binnen de kaders van de wet- en regelgeving.

Ontwikkelingen

Met het Jaarverslag 2020 geeft de Omgevingsdienst IJmond inzicht in wat de Omgevingsdienst IJmond in opdracht van de gemeentebesturen en het provinciebestuur in 2020 heeft uitgevoerd. De werkzaamheden van de Omgevingsdienst IJmond zijn vooral gericht op het uitvoeren van de ‘klassieke’ milieutaken voor de deelnemers o.b.v. de gemeentelijke Milieubeleidsplannen die voor een periode van vier jaar worden opgesteld. Naast dit basistakenpakket geeft de Omgevingsdienst IJmond voor een groot aantal gemeenten ook uitvoering aan de overige milieutaken (zowel vergunningverlening, toezicht en handhaving als milieuadvisering en beleidsvoorbereiding en uitvoering). Tot slot wordt in een aantal gemeenten ook toezicht verricht t.a.v. brandveiligheid, Bouw- en Woningtoezicht, de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht (WABO), Algemene Plaatselijke Verordeningen (APV) en Drank- en Horecawetgeving.

2020 stond in het teken van COVID-19. De Omgevingsdienst IJmond heeft ernaar gestreefd continuïteit te leveren t.a.v. de reguliere werkzaamheden en uitvoering te geven aan noodzakelijke (digitale) besluitvorming. Hiervoor zijn de nodige interne en bedrijfsmatige maatregelen genomen. Medewerkers werken zoveel als mogelijk vanuit huis, toezicht vindt veelal administratief plaats. Voorts zijn bestuursvergaderingen en –besluiten in digitale vorm uitgevoerd. In 2020 hebben we een aantal incidentele taken met de huidige formatie kunnen uitvoeren. Mede hierdoor en een incidentele daling van onder andere de kapitaallasten is.

Verder is het belangrijk te vermelden dat in 2020 verder invulling is gegeven aan de invoering van de Omgevingswet per 1 januari 2022 en aan de energietransitie.

Belangrijke ontwikkelingen die op de Omgevingsdienst afkomen zijn:

- De Omgevingswet: Naar verwachting treedt per 1 januari 2022 de Omgevingswet in werking. De Omgevingswet resulteert in een algehele stelselherziening voor de wet- en regelgeving, die gaat over de kwaliteit van de fysieke leefomgeving. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet zal ook de werkwijze voor de uitvoering van VTH-taken vanaf dat moment zijn afgestemd op de Omgevingswet. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet vindt voor een aantal taken een herverdeling van bevoegdheden plaats. Zo wijzigt het bevoegd gezag van bodemverontreiniging. Deze bevoegdheid en taken gaan over van provincie naar gemeenten waarbij de Omgevingsdienst deze taken voor de gemeenten zal gaan uitvoeren.

- Energie- en warmtetransitie: De energietransitie vormt ook in 2022 een majeur thema binnen het overheidsbeleid op het gebied van milieu en duurzaamheid. Eind 2019 is het landelijke Klimaatakkoord vastgesteld. Hierin zijn maatregelen opgenomen op het gebied van elektriciteit, industrie, mobiliteit, gebouwde omgeving en landbouw en landgebruik. Opgeteld dienen de maatregelen te leiden tot een landelijke CO2-reductie van 49% in het jaar 2030 en 95% in 2050 (t.o.v. 1990). Op rijks, provinciaal en regionaal niveau worden verschillende agenda’s en programma's uitgerold om in 2050 een energie neutrale samenleving te realiseren. Lokale overheden hebben een belangrijke rol bij het behalen van deze doelstelling. Op regionaal niveau worden hiertoe regionale energiestrategieën en op lokaal niveau transitievisies warmte ontwikkeld. De Omgevingsdienst IJmond ondersteunt gemeenten bij het opstellen van het uitvoeren van de energietransitie.

- Onvoorziene ontwikkelingen: De Coronapandemie zal ook in 2022 nog impact blijven hebben op de werkzaamheden. Daarnaast leiden nog onbekende factoren in het stikstof-, het PFAS- en enkele andere dossiers leiden tot onzekerheid, onder andere v.w.b personele inzet. De druk op het realiseren van CO2-reductie blijft immers ook toenemen na de Urgenda uitspraak van de Hoge Raad van 19 december 2019.

Eigen vermogen per 1 januari 2020 € 419.249
Eigen vermogen per 31 december 2020 € 861.191
Vreemd vermogen per 1 januari 2020 € 8.287.440
Vreemd vermogen per 31 december 2020 € 10.410.251
Rekeningresultaat 2020 van de GR € 471.047
Bijdrage gemeente aan GR 2020 (milieutaken) € 175.392
 Risico's en beheersmaatregelen  geen
   

 

Naam verbonden partij
GR Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland (VRZW)
Site veiligheidsregiozaanstreekwaterland.nl
Kerngegevens Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland, Zaandam
Doel / openbaar belang

Het bewerkstelligen van een doelmatig georganiseerde en gecoördineerde uitvoering van brandweer/GHOR/CPA-taken in ruime zin met inbegrip van het beperken en bestrijden van rampen en zware ongevallen en overigens een goede hulpverlening bij een ongeval of een ramp te bevorderen in het gebied met acht deelnemende gemeenten. De Veiligheidsregio/RWBZ voert regiotaken op het gebied van preventie, preparatie en alarmcentrale. Daarnaast is de gemeentelijke crisisorganisatie inmiddels regionaal georganiseerd als gevolg van de wet op de Veiligheidsregio’s. Deze processen worden steeds verder geprofessionaliseerd.  De nafase van een crisis blijft een taak van de gemeente. De VRZW ondersteunt gemeenten om deze taken te organiseren.

Missie

De partners in de veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland gaan ‘arm in arm voor veiligheid’ om het samenwerkingsverband te bestendigen en uit te bouwen. Dit samenwerkingsverband helpt  maatschappelijke verstoringen voorkomen of beperken in het belang van en samen met de burgers.

Visie • Wij werken adequaat en effectief samen op het gebied van integrale veiligheid
• Wij treden adequaat en snel op bij rampen en crises
• Wij gaan in onze organisatievorming mee in de ontwikkelingen rond bestuurlijke schaalvergroting
• Wij hebben wederzijds werkbare afspraken met de nieuwe politieregio
• Wij werken actief samen met de burger opdat deze bewust en zelfredzaam handelt
Ontwikkelingen

Jaarstukken 2020
Financieel sluit de jaarrekening 2020 met een voordelig resultaat van € 1.228.039. Het Algemeen Bestuur stelt bij de voorlopige vaststelling van de jaarstukken voor om het positief resultaat terug te betalen aan de gemeenten. Dit betekent voor de gemeente Wormerland een bedrag van € 65.332.

Begroting 2021-2022
De Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland heeft in de Begroting 2021 een bezuiniging doorgevoerd. Deze bezuiniging is reeds verwerkt in de gemeentebegroting. De jaren 2022 en verder zijn reeds begroot volgens de Kaderbrief 2022 van 27 november 2020 van de Veiligheidsregio en houden rekening met een inflatie van 2,2% en verhoogde huurkosten van de kazerne op het Prins Bernardplein in Zaandam in verband met een forse investering in 2021.

Beleidsplan 2021-2024
In het beleidsplan geeft de VrZW aan hoe zij de komende jaren gaan inzetten om te voldoen aan hun wettelijke taken en zich voor te bereiden op de (effecten van) nieuwe crisistypen, technologische ontwikkelingen en digitalisering. Er is in het beleidsplan aandacht voor ‘activiteiten aan de voorkant van de veiligheidsketen’ zoals brandveiligheid, integrale evenementenadvisering en het uitbreiden van het netwerk van (flexibele) expertise op ‘nieuwe’ incidenten en risico’s zoals digitalisering.

Regionaal Risicoprofiel 2021-2024
Het regionaal risicoprofiel 2021-2024 (RRP) is een van de onderleggers van het beleidsplan 2021-2024. In het RRP worden de regionale risico’s en
beheersmaatregelen benoemd, onderverdeeld in 7 thema’s: Natuurlijke omgeving, Gebouwde omgeving, Vitale infrastructuur en voorzieningen, Technologische omgeving, Verkeer en vervoer, Gezondheid en Sociaal maatschappelijke omgeving. Het is een selectie van relevante scenario’s die het brede spectrum aan mogelijkheden voor maatschappelijke ontwrichting en fysieke onveiligheid zoveel mogelijk afdekt. Een aantal risico’s uit het RRP 2019-2020 zijn nog actueel en daarom (geactualiseerd) opgenomen in het nieuwe RRP. Onder andere de risico’s dijkdoorbraak, extreem weer, brand in woonvorm met minder zelfredzamen, grote industriële brand en uitval vitale voorzieningen zijn opnieuw opgenomen. Daarnaast zijn er 2 nieuwe risico’s opgenomen: digitale ontwrichting en uitbraak besmettelijke ziekte.

 

Eigen vermogen per 1 januari 2020 € 2.187.000
Eigen vermogen per 31 december 2020 € 2.932.000
Vreemd vermogen per 1 januari 2020 € 16.200.000
Vreemd vermogen per 31 december 2020 € 16.812.000
Rekeningresultaat 2020 van de GR € 1.288.000
Bijdrage gemeente aan GR 2020 € 670.710
 Risico's en beheersmaatregelen geen
   

 

Naam verbonden partij
Vervoerregio Amsterdam
Site https://vervoerregio.nl/
Kerngegevens Jodenbreestraat 25, 1011 NH Amsterdam
Doel / openbaar belang Samenwerking versterken op het gebied van verkeer en vervoer, bevorderen van bereikbaarheid
Missie Verkeer en vervoer ondersteunt de ruimtelijk-economische ontwikkelingen en de ontplooiingskansen van mensen. Dat vraagt om intensieve samenwerking afstemming tussen het mobiliteitsbeleid en de andere beleidsvelden.
Visie Het versterken van de samenwerking op het gebied van Verkeer en Vervoer in regio Amsterdam-Almere.
Ontwikkelingen  
Eigen vermogen per 1 januari 2020 € 1.642.573
Eigen vermogen per 31 december 2020 € 1.159.794
Vreemd vermogen per 1 januari 2020 € 270.801.530
Vreemd vermogen per 31 december 2020 € 255.499.122
Rekeningresultaat 2020 van de GR € 0
Bijdrage gemeente aan GR 2020 € 0
Risico's en beheersmaatregelen Geen
   

Programma 6 Bestuur en organisatie

Terug naar navigatie - Programma 6 Bestuur en organisatie

 

Naam verbonden partij
Cocensus
Site cocensus.nl
Kerngegevens Openbaar lichaam genaamd 'gemeenschappelijke regeling Cocensus',  gevestigd te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer
Doel / openbaar belang

Cocensus is een gemeenschappelijk regeling (GR) van elf gemeenten namelijk Haarlem, Haarlemmermeer, Hillegom, Beverwijk, Oostzaan, Wormerland, Alkmaar, Bergen, Heerhugowaard, Langedijk en Den Helder. In deze GR zijn de uitvoeringswerkzaamheden in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) en de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen ondergebracht.

Cocensus verzorgt het bestandsonderhoud, de heffing, de invordering, de behandeling van bezwaar- en beroepschriften en de behandeling van verzoeken om kwijtschelding.

Missie Cocensus is de partner voor het integraal waarderen, heffen en invorderen van decentrale belastingen en heffingen. 
Visie

Cocensus heeft een bedrijfsmatige grondslag en zal tegen een zo laag mogelijk tarief en zo hoog mogelijke kwaliteit haar diensten integraal aanbieden. De belangrijkste waarden hierbij zijn:
·         Klantgericht
·         Kwalitatief
·         Innovatief
·         Efficiënt en effectief
·         Resultaatgericht
·         Integriteit

Ontwikkelingen

Cocensus is een gemeenschappelijk regeling (GR) van de gemeenten Haarlem, Haarlemmermeer, Hillegom, Beverwijk, Oostzaan, Wormerland, Alkmaar, Bergen, Graft-De Rijp, Heerhugowaard, Langedijk en Schermer. In deze GR zijn de uitvoeringswerkzaamheden in het kader van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) en de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen ondergebracht.

Cocensus verzorgt het bestandsonderhoud, de heffing, de invordering, de behandeling van bezwaar- en beroepschriften en de behandeling van verzoeken om kwijtschelding.

Eigen vermogen per 1 januari 2020 € 304.723
Eigen vermogen per 31 december 2020 € 477.051
Vreemd vermogen per 1 januari 2020 € 7.805.636
Vreemd vermogen per 31 december 2020 € 7.539.576
Bijdrage gemeente aan GR 2020 € 218.400
Rekeningresultaat 2020 van de GR € 227.051
 Risico's en beheersmaatregelen

In het verlengde van de ISO-certificering vindt jaarlijks bij Cocensus een uitgebreide risico-inventarisatie plaats. Deze inventarisatie met de daaraan gekoppelde beheersmaatregelen wordt elk half jaar besproken in het MT van Cocensus en éénmaal per jaar in de vergadering van het Dagelijks en Algemeen Bestuur van Cocensus. De beheersmaatregelen worden jaarlijks in de externe ISO-audit tegen het licht gehouden. Naar aanleiding daarvan worden weer separaat een inventarisatie en de bijbehorende (al dan niet aangepaste) beheersmaatregelen voorgelegd aan het Bestuur. Hierdoor is het risicomanagement geborgd binnen de organisatie van Cocensus.

Cocensus heeft een zeer beperkt weerstandsvermogen (de algemene reserve is contractueel gemaximeerde op € 250.000). Dit houdt in dat financiële tegenvallers in rekening worden gebracht bij de deelnemers.

   

 

Naam verbonden partij
OVER-gemeenten
Site  over-gemeenten.nl
Kerngegevens OVER-gemeenten, Oostzaan en Wormerland.
Doel / openbaar belang

Op 17 juni 2008 heeft de gemeenteraad van Oostzaan besloten in te stemmen met de samenwerking van Wormerland en Oostzaan. Om de uitvoering van beleidsmatige, uitvoerende en organisatorische opgaven te borgen en de dienstverlening verder te verbeteren, is de gemeenschappelijke regeling OVER-gemeenten opgericht.  OVER-gemeenten werkt binnen de door de gemeenteraad van Oostzaan voor de samenwerking vastgestelde kaders. Deze kaders zijn:

  • Elke gemeente behoudt haar bestuurlijke zelfstandigheid;
  • Elke gemeente stelt haar eigen beleids- en uitvoeringskader vast;
  • De samenwerking heeft als doel het blijvend borgen van dienstverlening, kwaliteit, continuïteit, bestuurskracht en betaalbaarheid;
  • De dienstverlening van elke gemeente blijft lokaal (front-offices).
  • Vanuit het uitgangspunt van “handhaven van de bestuurlijke zelfstandigheid van de twee gemeenten” blijft elke gemeente thans en in de toekomst verantwoordelijk voor haar eigen financiële positie;
  • De (structurele) kosten van de ambtelijke organisatie mogen tijdens de samenwerking en in verdere uitwerkingen van de samenwerking niet stijgen, uitgezonderd wanneer er verplichte nieuwe taken vanuit het Rijk bijkomen of wanneer er sprake is van nieuwe beleidsvoornemens die gepaard gaan met personeelsuitbreiding.
Missie
  • Het zo optimaal mogelijk organiseren van het samenspel tussen colleges, bestuur en organisatie als noodzakelijke voorwaarde voor het functioneren van de serviceorganisatie voor meerdere gemeenten.
  • Het zo optimaal mogelijk organiseren van de dienstverlening aan inwoners, bedrijven en instellingen.
  • Het zo optimaal mogelijk organiseren van de bedrijfsmatige ondersteuning als noodzakelijke voorwaarde voor het goed functioneren van de klantgerichte processen.
  • Het zo optimaal mogelijk inzetten van personeel, zodanig dat een constante kwaliteit geleverd kan worden.
Visie

OVER-gemeenten is in 2020 een:

  • vraaggestuurde dienstverlener
  • een toegangspoort tot de overheid
  • een aantrekkelijk werkgever
  • een innovatieve, 'anders' denkende organisatie
  • een aantrekkelijke partner
Ontwikkelingen

Naast de gevolgen voor de Coronapandemie, is intern het nodige gewijzigd bij OVER-gemeenten, zoals het vertrek van de directeur, het managementteam en een groot personeelsverloop. De interim-directeur werd aangesteld, welke een nulmeting, de foto, van onze ambtelijke organisatie heeft gemaakt. De inzichten vanuit deze nulmeting lieten zien dat de begroting 2020 met een gemeentelijke bijdrage aan OVER-gemeenten met een bedrag van € 517.305 moest worden bijgesteld. In 2021 zal deze foto nog verscherpt worden, de gevolgen voor de Coronapandemie alsmede het personeelsverloop loopt door in 2021.

Bestuurlijke toekomst

De gemeenteraad besliste op 4 februari 2020 positief over het zelfevaluatie onderzoek OVER-gemeenten (Oostzaan, Wormerland, gemeenschappelijke regeling OVER-gemeenten) en nam de conclusies en aanbevelingen over met een aantal aandachtspunten voor de ontwikkeling, verbreding en versterking van de samenwerking. Intussen speelden er spanningen tussen Oostzaan en Wormerland over het bestuur van OVER-gemeenten en uitte de provincie Noord-Holland haar zorgen over de bestuurlijke toekomst van een aantal gemeenten in Zaanstreek-Waterland, waaronder Oostzaan. De raad toonde op 30-6-2020 in een unaniem aangenomen motie behoefte aan bezinning en regie op de koers ten aanzien van de bestuurlijke toekomst van Oostzaan en de condities die in dat licht als voorwaardelijk worden gezien voor die koers. Op basis van die motie is in samenspraak met de fractievoorzitters een proces uitgedacht om te komen tot een debat met de samenleving en een concluderend toekomstdebat in de gemeenteraad. De voorbereidingen zijn in gang en de verwachting is dat die debatten na de zomer 2021 kunnen worden gehouden. De uitgangspunten voor dit traject, de planning en het budget liggen vast in een notitie die door de fracties en daarna door de fractievoorzitters met het college zijn besproken in Q1 van 2021.

Eigen vermogen per 1 januari 2020 € 307.772
Eigen vermogen per 31 december 2020 € 500.235
Vreemd vermogen per 1 januari 2020

€ 1.709.971

Vreemd vermogen per 31 december 2020 € 1.759.252
Bijdrage gemeente aan GR 2020 € 5.868.909
Rekeningresultaat 2020 van de GR € 192.463
 Risico's en beheersmaatregelen Het risico’s voor de gemeente zit met name in de financiering van OVER-gemeenten. Zijn de financiële middelen wel voldoende voor de uitvoering van de taken. Hierin zijn twee zorgelijke ontwikkelingen te benoemen. Enerzijds de organisatorische ontwikkelingen binnen OVER-gemeenten, zoals het forse personeelsverloop. Ten tweede benoemen we constante de overdracht van taken van het rijk naar de gemeenten zonder dat het rijk daarvoor voldoende middelen beschikbaar stelt.
   

Overige samenwerkingsverbanden

Terug naar navigatie - Overige samenwerkingsverbanden

 

Overige verbonden partijen

- Opspoor

- Regeling zonder meer.

 

Privaatrechtelijke verbintenissen
Wij zijn ook privaatrechtelijke samenwerkingsvormen aangaan. Hieronder is een overzicht met de volgende private partijen weergegeven:

- Regeling Zonder Meer, inkoop WMO Jeugd.
- Overeenkomst tot uitvoering op HRM-gebied met Driessen voor wat betreft de salarisadministratie.
- Overeenkomst tot samenwerking in regio-verband bij milieutaken (omgevingsdienst IJmond).
- Stichting Rijk
- Gemeente Archief Zaanstad

Aandelen
Vanuit onze aandeelhouderschap hebben wij ook een verbintenis met de volgende bedrijven:
- Bank voor Nederlandse Gemeenten
- E.Z.W. N.V. (opgeheven in 2018)

Bijzondere samenwerkingsverbanden
Naast de bovenstaande verbonden partijen werken wij ook samen met de volgende partijen:

- Stichting Opspoor, onderwijs
- Regionale politie Zaanstreek-Waterland
- Stichting Grootschalige basiskaart Noord Holland
- Regionaal platform recreatie en toerisme
- Stichting Marketing Zaanstreek
- Provincie (risicokaart)
- CROS

Overige samenwerking
De gemeente Oostzaan staat in beginsel positief tegenover het aangaan van samenwerkingsverbanden met derden, teneinde het publieke belang zoveel mogelijk te dienen. In dat kader is dan ook aandacht voor nieuwe kansen of ontwikkelingen, om –indien dat noodzakelijk is- de bestaande samenwerkingsverbanden verder uit te werken of nieuwe samenwerkingspartners te zoeken. De aard van de beoogde samenwerking en de publieke belangen die daarbij betrokken zijn, is leidend voor de vorm van samenwerking en de partij waarmee samenwerking worden gezocht. Dat kan zowel een bestuursorgaan, een gemeente of een private partij zijn.

 

 

Paragraaf Kapitaalgoederen

Waar gaat deze paragraaf over?

Terug naar navigatie - Waar gaat deze paragraaf over?

Deze paragraaf gaat over de beheerskosten van Gebouwen en de Openbare Ruimte. Deze kapitaalgoederen beslaan een aanzienlijk deel van de begroting en zijn dus van grote invloed op de financiële positie van de gemeente.

Gebouwen in bezit van de gemeente

Terug naar navigatie - Gebouwen in bezit van de gemeente

De gemeente Oostzaan heeft de volgende gebouwen in bezit:

Gebouw Staat van onderhoud
Centrumcomplex de Kunstgreep Goed
Brandweerkazerne Kerkstraat Goed
Ambtswoning Glazenmakerstraat Goed
Schoolgebouw de Kweekvijver Goed
Schoolgebouw De Korenaar Goed
Schoolgebouw Noorderschool Goed
Gemeentewerf Skoon Goed
Loods op de begraafplaats Goed
Leliestraat, pand oudheidskamer Goed
Sporthal de Greep (deel E) Goed
Pand De Vitaminebron Twiskeweg Goed
Voormalig pand De Wereld Goed
Schoolgebouw de Rietkraag Redelijk
Kerktoren Goed
De Kolk * Redelijk
Diverse loodsen Zuideinde 204/206** Slecht

 

*   Het onderhoud aan de Kolk wordt aangepast tot noodzakelijk onderhoud. Mogelijkheden worden onderzocht.

** De loodsen aan het Zuideinde 204/206 maken deel uit van ruimtelijke herontwikkelingen. Onderhoud aan deze panden vindt dan ook niet plaats.

Ontwikkelingen in 2020

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen in 2020

Onderwijs

In de begroting 2021 is het budget voor de nieuwbouw van de Rietkraag opgenomen. In 2020 hebben onderzoeken plaatsgevonden om de locatie zo efficient mogelijk in te richten.

 

Uitkoopregeling Hoogspanningsmasten
De uitkoopregeling van woningen onder hoogspanningsmasten is in werking getreden per 1 januari 2017. Deze uitkoopregeling loopt tot 31 december 2021. Door deze regeling is de gemeente eigenaar geworden van de volgende woningen:

Adres Jaar van aankoop
Staat van onderhoud
Kerkstraat 96 2017 Redelijk
Kerkstraat 98 2017 Redelijk
Kerkstraat 100-102 2017 Redelijk
Kerkstraat 101 2017 Redelijk
Kerkstraat 103 2021 Redelijk
Kerkstraat 104 2017 Redelijk
Kerkstraat 105 2018/2019 Redelijk
Zuideinde 180 2019 Redelijk
Zuideinde 182 2020 Redelijk
Zuideinde 184 2017 Redelijk

Deze woningen dienen op termijn te worden herbestemd of gesloopt. Ook voor de kosten van de sloop vallen binnen de vergoedingen van de uitkoopregeling. Op deze woningen wordt om deze reden minimale onderhoud gepleegd.

Beheerplannen

Terug naar navigatie - Beheerplannen

 

Categorie Beleidskader Periode Vastgesteld
 Wegen Meerjareninvesteringsplan (MIP) 2019-2026  2020
Openbare verlichting Beheerplan Openbare verlichting 2013-2018 2015 (herziening)
Riolering GRP 2018-2024 2018-2024 2017
Waterbeheerplan Beleid in samenwerking met HHNK 2007-2016 2007
Openbaar groen Bestekvorm 2012-2017 2019
Bruggen en kunstwerken Beheerplan civieltechnische kunstwerken 2017-2020 2017-2020 2016
Sportvelden De voetbalvelden zijn geprivatiseerd per 2009 en het korfbalveld in 2017   2009/2017
  • Wegen
    Vanuit het meerjareninvesteringplan 2021-2025  is een vlekkenkaart van de gemeente opgesteld, waarin duidelijk wordt welk project wordt gestart voor herinrichting en groot onderhoud.  De realisatie van deze projecten zal zijn in de jaren 2021 t/m  2025.
  • Openbare verlichting 
    In 2019 is het Zuideinde voorzien van LED verlichting. De Kerkstraat wordt in 2021 uitgevoerd.
  • Riolering
    In 2017 is een nieuw Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2018-2023 opgesteld. In het plan staan de noodzakelijke acties om het riool in goede staat te brengen en te houden. Het bijbehorende kostendekkingsplan geeft aan wat het kost en wat het betekent voor de tarieven, waarbij wordt uitgegaan van 100% kostendekkendheid.
  • Groen
    Het onderhoud van het openbaar groen is vastgelegd in bestekken en ondergebracht bij Werkom sinds januari 2018. Het beheerplan Openbaar Groen vormt de basis hiervoor. 
  • Gemeentelijke gebouwen
    Het groot onderhoud van de gebouwen wordt uitgevoerd volgens het meerjaren-onderhoudsprogramma Planon. Dit onderhoudsprogramma is opgesteld in 2007 en wordt regelmatig geactualiseerd. Jaarlijks worden budgetten per onderdeel geraamd. Daarin zit ook budget voor klein en onvoorzien onderhoud.
  • Bruggen en kunstwerken
    In 2019 is een aantal bruggen in onderhoud genomen conform het beheerplan civieltechnische kunstwerken 2017-2020.
  • Sportvelden
    De sportvelden van de voetbalvereniging Oostzaanse Footbal Club (OFC) en de Oostzaanse Korfbal Vereniging (OKV) zijn voorzien van kunstgras en in exploitatie genomen door de Stichting Sportcomplexen Twiskeweg (SST).

Onderhoud Kapitaalgoederen

Terug naar navigatie - Onderhoud Kapitaalgoederen
Categorie Financiële consequentie Begrote bedragen 2020 Realisatie 2020 Achterstallig onderhoud Voldoende voorzieningen?
 

 

 

 

   
Wegen (wegenbeheerplan 2013-2018)

Kerkstraat

€ 2.220.000,-

(1.485.000 + 735.000)

Zuideinde

€ 1.355000,- (855.000 + 500.000)

Kerkstraat

€ 2.220.000,-

 

 

Zuideinde

€ 1.355.000,-

 

€ 117.967,-

 

 

 

€ 1.183.967,-

Nee In het voorjaarsbericht 2019 zijn de budgetten  opgehoogd voor het Zuideinde en Kerkstraat met resp. 5 ton en 7 ton. Op basis hiervan is in 2020 een compleet nieuw investeringsplan opgesteld inzake de herinrichting van diverse wijken in Oostzaan.
Wegen (regulier onderhoud) € 131.000,- € 131.000,-  € 125.945,-  Nee  
Openbare verlichting

€ 35.000

€ 34.577,-  € 40.942,-  Nee In de contourennota 2017 is een vervangingsinvestering opgenomen van € 375.000,- voor het plaatsen van LED armaturen.
Riolering (groot onderhoud/investeringen) € 0,- investeringskredieten GRP € 0,-  Nee In 2017 is een nieuw GRP (Gemeentelijk Rioleringsplan) opgesteld voor de periode 2018-2024. In 2018 is het rioolstelsel aan de Kerkstraat vervangen voor een bedrag van € 1.324.961,- Bij de uitvoering van het weggedeelte volgen nog enkele huisaansluitingen.
Riolering (klein onderhoud) € 219.300,- € 219.300,- € 106.312,-  Nee In 2019 is minder uitgegeven aan klein onderhoud van de riolering. In 2019 is het voordeel toegevoegd aan de voorziening riolering, en bestemd voor toekomstige uitgaven binnen het Gemeentelijk Riolerings Plan.
Waterbeheer (onderhoud) € 30.000,-  € 33.165,- € 34.725,-  Nee  
Openbaar groen (incl. bomen) € 324.845,- € 345.245,- € 343.495,-  Nee  
Gebouwenbeheer € 115.000,- € 115.500,-  € 101.346,-  Nee Conform het onderhoudsplan wordt jaarlijks met een gelijk budget gewerkt. Fluctuaties worden opgevangen door de egalisatiereserve gebouwenbeheer. Het saldo van deze reserve bedraagt per 31 december 2020 € 450.981,-.
Bruggen en kunstwerken   € 80.000,-  € 80.000,-  € 76.993,-  Nee Met ingang van 2017 is het budget afgestemd op de gemiddelde onderhoudskosten vanuit het beheerplan. De fluctuaties van het onderhoudsbudget worden opgevangen door de reserve kunstwerken. Het saldo van deze reserve bedraagt per 31 december 2020 € 118.835,-.

 

Investeringen
Onderstaande investeringen zijn reeds verwerkt in de jaarrekening.

Conform artikel 20 van de BBV (Besluit Begroten en Verantwoorden) is een onderscheid gemaakt tussen investeringen met een economisch nut en investeringen met een maatschappelijk nut. De gehanteerde afschrijvingstermijnen zijn volgens de vastgestelde financiële verordening 2018 en artikel 212 BW

Totaaloverzicht investeringen 2020:

 

 

Paragraaf Grondbeleid

Waar gaat deze paragraaf over?

Terug naar navigatie - Waar gaat deze paragraaf over?

Het grondbeleid heeft een grote invloed op en samenhang met de realisatie van de programma’s Leefomgeving en Ruimtelijke Ordening. Een goed functionerend grondbeleid is essentieel voor het realiseren van doelstellingen op het gebied van ruimtelijke ordening, volkshuisvesting, verkeer en vervoer en cultuurhistorie.

Visie grondbeleid

Terug naar navigatie - Visie grondbeleid

De visie voor het in deze gemeente te voeren grondbeleid is door de gemeenteraad verwoord in de vastgestelde Nota Grondbeleid Oostzaan in 2005. Op 8 april 2013 zijn door de gemeenteraad de beleidskaders van het grondbeleid opnieuw vastgesteld. In de nota is uitgesproken, dat het grondbeleid moet worden beschouwd als een instrument om andere gemeentelijke beleidsdoelstellingen te realiseren. Bevestigd is, dat de gemeente geen actieve grondpolitiek voert en dat voortgegaan wordt met het huidige facilitaire beleid, waarbij gebruik gemaakt wordt van alle ten dienste staande instrumenten en mogelijkheden.
Uitgangspunt blijft, dat de gemeente allereerst tracht te komen tot kostenverhaal door middel van het sluiten van een anterieure exploitatieovereenkomst. Afdwingbaar kostenverhaal zal worden toegepast indien geen of onvoldoende resultaat kan worden bereikt. Het vaststellen van een exploitatieplan op basis van de Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) is daarvoor het geëigende instrument. Bij de uitgifte van gronden en panden wordt een marktconforme prijs gehanteerd. Uitsluitend indien sprake is van uitgifte van grond ten behoeve van een maatschappelijke, niet commerciële functie kan een lagere prijs worden gehanteerd in bijzondere door het college te bepalen gevallen.

Lopende zaken

Terug naar navigatie - Lopende zaken

Per 31 december 2019 heeft de gemeente Oostzaan geen lopende grondexploitaties. Per 31 december zijn twee overeenkomsten gesloten met partijen voor de overname van twee percelen grond, te weten een deel van het parkeerterrein op de Ambacht en de locatie van de voormalige voetbalkooi op de Dr. Boomstraat. Voor het overdragen van de percelen zijn kosten gemaakt, welke zijn opgenomen in de post "Onderhanden werk" op de balans. Deze kosten zullen bij verkoop worden verrekend met de verkoopopbrengst. Voor de uit te voeren bodemsanering is een subsidie van de provincie ontvangen. Na sanering zal de grond worden overgedragen aan WOV.

Woonvisie Oostzaan/prestatieafspraken/grondbeleid
In de nieuwe structuurvisie is tevens de woonvisie geactualiseerd. In de prestatieafspraken zullen afspraken worden vastgelegd die jaarlijks terug zullen komen. De gemeente zal de corporaties inzicht geven in voortgang nieuwbouw, nieuwe plannen, activiteiten in de openbare ruimte, activiteiten m.b.t. wonen en zorg en duurzaam bouwen. De corporaties op hun beurt geven inzicht in de resultaten van de woonruimteverdeling, nieuwbouw activiteiten en renovaties. Daarnaast is er een projectenlijst samengesteld waarbij partijen samen optrekken. Bij deze projecten speelt het grondbeleid een grote rol.

Financieel beeld

Terug naar navigatie - Financieel beeld

In Oostzaan is geen reserve opgebouwd voor de uitvoering van grondbeleid. Er zijn geen lopende grondexploitaties in 2019. Wel zijn met partijen een drietal partijen contracten gesloten voor de overname van een kavel. In 2019 zijn kosten gemaakt, welke zijn opgenomen op de balans, en bij verkoop van de gronden zullen worden verrekend met de opbrengst.

Overzicht financiën grondexploitaties

Specificatie onderhanden werk waaronder bouwgronden in exploitatie:

 

 

Complex

Boekwaarde

31-12-2019

Verlies-

voorz.

Winst name

2019

Balans

31-12-'19

Investering

2020

Desinvestering 2020

Winst name

2020

 Boekwaarde 31-12-2020
Ambacht 179.730 0 0 179.730 40.884 207.116 -13.498 0
Dr. Boomstraat 11.991 0 0 11.991 0 0 0 11.991
Radio 9 terrein 12.660 0 0 12.660 2.845 0 0 15.505
Totaal 204.381 0 0 204.381 43.729
207.116 -13.498 27.496

Toelichting op bouwgronden in exploitatie:

Het betreft hier geen explicite grondexploitatie, maar gemeentegrond die in 2020 verkocht is waarvoor plankosten zijn gemaakt. Deze kosten worden verrekend met de opbrengsten.

Het betreft de volgende locaties:
- De Ambacht 700 m2
- Dr. Boomstraat (voormalige voetbalkooi) verwachte verkoop Q3 2021
- Radio 9 terrein

 

Risico's

Terug naar navigatie - Risico's

In de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing worden de risico's samengevat en benoemd. Alle percelen op de bedrijventerreinen Skoon en Bombraak zijn verkocht in 2017. Het risico op de op basis van verkopen is nu nihil. Wel kan voor Skoon en Bombraak een tweetal nieuwe risico's worden gemeld, naar aanleiding van de afsluiting van de terreinen. Voor wat betreft de Bombraak loopt een nieuwe procedure omtrent de grond van de reclamemast, welke is verkocht aan VanderValk. Op dit perceel rust een oud, slapend, huurcontract, waarvoor door de huurder een juridische procedure is opgestart in 2017. De afloop is nog niet bekend. In 2019 is hierover verder geen actie of correspondentie geweest.

 

 

Paragraaf Grote projecten

Terug naar navigatie - Paragraaf Grote projecten

De volgende projecten spelen/zijn afgerond in 2020:

Locatie Ambacht
Het project is opgestart in 2017 en bevatte de revitalisering van de Ambacht, rijbaan en parkeerstroken.
In 2020 is het project afgerond, en is een deel van het parkeerterrein overgedragen ter financiering van de gemaakte kosten.

Locatie Voetbalkooi op de Dr. Boomstraat
De nieuwbouw van 33 woningen is gestart in 2020. Het terrein van de voormalige voetbalkooi is in gebruik als bouwterrein en wordt in 2021 bouwrijp gemaakt voor de WOV.

Radio 9 terrein Zuideinde
In 2020 is het bestemmingsplan opnieuw vastgesteld voor de locatie aan het Zuideinde. Hierbij is met name rekening gehouden met geluidsnormen, flora en fauna en milieuaspecten.
Hier zijn bezwaren op ingediend. De verwachting is dat het bestemmingsplan in het eerste halfjaar van 2021 wordt vastgesteld.

Uitkoopregeling Hoogspanning
Met ingang van 1 januari 2017 is de uitkoopregeling in werking getreden. De eigenaren van 17 woningen die geheel of gedeeltelijk onder hoogspanningslijnen liggen kunnen gebruik maken van de regeling tot 31 december 2021. In 2016 is gestart met een interdisciplinair overleg tussen de gemeente, het ministerie van Economische Zaken, het ministerie van Infrastructuur en Milieu, Tennet en Rijskwaterstaat om de eventuele verplaatsing van de hoogspanningsmasten. Uit dit onderzoek is naar voren gekomen dat verplaatsing van de hoogspanningsmast geen verbetering van het aantal uitkoopwoningen oplevert.
Van de 17 woningen, waarvan 5 op het Zuideinde en 12 op de Kerkstraat, zijn er reeds 11 gekocht. De 5 op het Zuideinde worden in juni aangekocht door de gemeente. De verwachting is dat 1 woning op de Kerkstraat niet aangekocht wordt, daar de eigenaren de woning niet willen verkopen.
Zodra alle aangevraagde woningen gekocht zijn, wordt de bestemmingsplanwijziging in gang gezet. De woonbestemming komt te vervallen en de gemeente zoekt voor de vrijgekomen grond naar een geschikte invulling of verkoopt of verhuurt de grond aan derden voor bijvoorbeeld de uitbreiding van een tuin. De opbrengst van deze verkoop komt ten gunste van de gemeente. Vooralsnog is niet duidelijk hoe en op welke wijze de bestemming van deze uitkoopwoningen zal wijzigen.

Paragraaf Lokale heffingen

Terug naar navigatie - Paragraaf Lokale heffingen

Algemeen

De gemeentelijke heffingen zijn, naast de doeluitkeringen van het Rijk en de algemene uitkering uit het gemeentefonds, een belangrijke bron van inkomsten. Er zijn twee gemeentelijke heffingen: retributies en belasti303ngen. Bij de retributies is er sprake van een tegenprestatie van de gemeente en mogen de geraamde opbrengsten niet hoger zijn dan de geraamde kosten voor de uitoefening van de taak, dit betekent dat de kostendek1.347kendheid niet meer mag zijn dan 100%. Bij belastingen is er geen directe relatie met een prestatie van de gemeente. Belastingen worden gezien als een algemeen dekkingsmiddel.

De gemeente O1.324ostzaan  heeft de uitvoering van de Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) en het opleggen van de aanslagen en de invordering van onroerende zaakbelasting (OZB) , roerende woon- en bedrijfsruimtebelasting, afvalstoffenheffing, rioolheffing, hondenbelasting, forensenbelasting, grafrechten en leges omgevingsvergunningen ondergebracht in een gemeenschappelijke regeling, zijnde Cocensus. Ook de afhandeling van de kwijtscheldingsverzoeken en bezwaar- en beroepschriften vinden plaats door Cocensus.

Voor de uitvoering van belastingregelingen in 11 gemeenten met een inwonersaantal circa 650.000 inwoners brengt Consensus de gemeenten een bijdrage in rekening. Voor de uitvoering van de belastingregelingen is over het jaar 2020 een bijdrage naan Cocensus betaald van € 218.400  ,- op basis van de Dienstverleningsovereenkomst, en een bedrag van € 13.774,- voor extra diensten, zoals controle hondenbelasting en juridische ondersteuning bij complexe bezwaarschriften.

 

Actuele ontwikkelingen
Precariobelasting
Per 1 juli 2017 is de wet  in werking getreden tot afschaffing van de precariobelasting op nutsnetwerken. De Eerste Kamer deed het wetsvoorstel op 21 maart als hamerstuk af. Het besluit tot inwerkingtreding van de wet is op 22 mei 2017 in het Staatsblad gepubliceerd (Stb. 2017, 196).

Gemeenten die op 10 februari 2016 in hun belastingverordening een tarief hadden voor nutsnetwerken, mogen uiterlijk tot 1 januari 2022 nog precariobelasting op nutsnetwerken blijven heffen. Onder de overgangsregeling kan een gemeente maximaal het tarief in rekening brengen dat op 10 februari 2016 gold. Gemeenten die onder de overgangsregeling vallen, maar na 10 februari 2016 het tarief hebben verhoogd, moeten vanaf 1 juli 2017 hun tarief verlagen naar maximaal het tarief dat gold op 10 februari 2016. In  de begroting hebben we financieel gezien geanticipeerd op de afschaffing van de precariobelasting.

 

Gemeentelijke belastingen
Belastingen hebben een algemeen karakter. Een directe relatie tussen de belasting en de gemaakte kosten van de gemeente is in het algemeen niet aanwezig. Uitgangspunt bij het vaststellen van de belastingtarieven is dat deze trendmatig worden verhoogd met de verwachte inflatie. In overeenstemming met de Kadernota 2020 is in de Programmabegroting 2020 voor de belastingen rekening gehouden met een inflatiepercentage van 1,4 %. De opbrengsten van gemeentelijke belastingen en retributies bedragen circa 26% van de totale baten van de gemeente Oostzaan voor het jaar 2020.

Onroerende Zaakbelasting(OZB)
De grondslag voor de OZB wordt gevormd door de waarde van het onroerend goed, die jaarlijks wordt vastgesteld (de zogenaamde herwaardering). Oostzaan  hanteert het uitgangspunt dat de gemiddelde waardestijging (of daling), die voortvloeit uit de herwaardering, wordt gecompenseerd door een evenredige tariefsverlaging (of evenredige tariefsverhoging).  Daarmee bereikt de gemeente dat waardemutatie niet leidt tot een wijziging in de totale opbrengst, maar slechts tot individuele verschillen in aanslagen. Dat is het geval als de waarde van een woning meer of juist minder is gestegen dan het Oostzaanse gemiddelde. Dan levert de herwaardering een voordeel of juist een nadeel op voor de eigenaar. Deze systematiek is ook in 2019 weer toegepast.

Roerende woon- en bedrijfsruimtebelasting (RWWB)
Eigenaren en gebruikers van onroerend goed betalen gemeentelijke belastingen in de vorm van de onroerende zaakbelasting (OZB). Het is wettelijk mogelijk om ook voor eigenaren en gebruikers van roerende woon- en bedrijfsruimten (zoals woonboten en woonwagens) een gelijke belasting in te voeren, te weten de Roerende Woon- en bedrijfsruimte belasting (RWWB). Om eigenaren en gebruikers van roerend en onroerend goed gelijk te behandelen is het tarief van die belasting gelijk aan het tarief van de OZB.

Hondenbelasting
Onder de naam “hondenbelasting” heft de gemeente een belasting op het houden van honden binnen de gemeente. Belastingplichtige is de houder van de hond. Het aantal honden is bepalend voor de opbrengst van de belasting.

Gemeentelijke belastingen (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

OZB woningen 1.451 1.492 1.493
OZB niet-woningen gebruikers en eigenaren 618 552 561
Roerende woon- en bedrijfsruimten 6 7 6
Precariobelasting 527 487 517
Hondenbelasting 31 27 32
Toeristenbelasting 221 292 292
Totaal belastingen 2.854 2.857 2.901

 

Gemeentelijke retributies
Onder de naam retributies heft de gemeente tarieven voor diverse typen van dienstverlening. Bij retributies is sprake van een directe relatie tussen de heffing en de gemeentelijke taakuitoefening. De geraamde opbrengsten mogen niet hoger zijn dan de geraamde kosten voor die taakuitoefening. Belastingplichtige is de aanvrager van de dienst of degene voor wie de dienst is verleend. Geregeld is er landelijk publiciteit over de gemeentelijke tarieven en de verschillen daartussen. Die verschillen ontstaan in de regel als gevolg van de gemaakte beleidskeuzes. Om die beleidskeuzes zo transparant mogelijk vast te leggen heeft de VNG het initiatief genomen om modellen voor de kostenonderbouwing te ontwikkelen. Voor de afvalstoffen- en rioolheffing, de leges en de lijkbezorgingsrechten zijn deze door de VNG ontwikkeld.

Rioolheffing
De kosten die de gemeente maakt als uitvloeisel van de watertaken worden op burgers en bedrijven verhaald via de zogenaamde rioolheffing. De kosten die uit die watertaken voortvloeien (op het gebied van afvalwaterinzameling, afvalwatertransport en afvoer van overtollig regen- en grondwater) zijn berekend in het Gemeentelijk Riolerings Plan 2018-2024. 

Rioolheffing (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Lasten 977 1.109 848
Overhead 155 212 154
BTW 62 135 42
Mutaties voorziening 81 0 303
Lasten totaal 1.275 1.456 1.347
Baten totaal 1.308 1.346 1.324
Saldo -33 -30 -23
Kostendekkendheid (%) 102 % 92,4 % 98,3 %

 

In de rioolrechten mag als last meegenomen worden de BTW die gedeclareerd kan worden bij het BTW Compensatiefonds (BCF), zowel de exploitatie-BTW als de investerings-BTW. Immers de gemeenten worden gekort op de Algemene uitkering uit het gemeentefonds voor de BTW die gemeenten kunnen declareren bij het BCF. Dit is de wettelijke compensatie die gemeenten kunnen opvoeren in hun rioolheffing.

 

Afvalstoffenheffing
Onder de naam afvalstoffenheffing wordt een recht geheven van degene die in de gemeente feitelijk gebruik maakt van een perceel waarvoor de gemeente op grond van de Wet Milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijk afval heeft. Bij het bepalen van de hoogte van de afvalstoffenheffing wordt rekening gehouden met het feit dat op begrotingsbasis de baten niet hoger mogen zijn dan de lasten. Er wordt gestreefd naar een kostendekkendheid van 100%. 144

Afvalstoffenheffing (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Lasten 898 894 955
Overhead 479 479 479
BTW 137 178 156
Mutaties voorziening 0 0 0
Lasten totaal 1.514 1.551 1.590
Baten totaal 1.237 1.361 1.305
Saldo 277 -190 -285
Kostendekkendheid (%) 81 % 87,7 % 82 %

 

In de afvalstoffenheffing mag als last meegenomen worden de BTW die gedeclareerd kan worden bij het BTW Compensatiefonds (BCF), zowel de exploitatie-BTW als de investerings-BTW. Immers de gemeenten worden gekort op de Algemene uitkering uit het gemeentefonds voor de BTW die gemeenten kunnen declareren bij het BCF. Dit is de wettelijke compensatie die gemeenten kunnen opvoeren in hun afvalstoffenheffing.

Begraafrechten
Deze rechten worden niet  verhoogd daar de kostendekkendheid van 100% is bereikt.

Begraafrechten (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Lasten 54 56 54
Overhead 116 122 122
Mutaties voorziening 0 0 0
Lasten totaal 170 178 176
Baten totaal 135 125 137
Saldo - 35 -53 -39
Kostendekkendheid (%) 79 % 70 % 78 %

 

 

Kwijtscheldingsbeleid
De normen voor het kwijtscheldingsbeleid, als onderdeel van het gemeentelijk minimabeleid zijn in de gemeente Oostzaan gesteld op 100% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm. Dit betekent dat een vrij grote groep belastingschuldigen in aanmerking komt voor kwijtschelding, waardoor hun besteedbare ruimte groter wordt. In de begroting 2020 is een bedrag aan kwijtschelding een bedrag wordt verwerkt van € 25.000,-. Het werkelijke bedrag aan kwijtschelding 2020 bedraagt € 32.012,-.  De volgende heffingen komen in Oostzaan in aanmerking voor kwijtschelding: afvalstoffenheffing, hondenbelasting en een gedeelte van de onderhoudsrechten graven.

Kwijtscheldingen

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Bezwaren WOZ ? 130 ?
Bezwaren overige heffingen ? 75 ?
Beroep WOZ ? 0 ?
Beroep overige heffingen ? 0 ?
Lasten kwijtschelding € 28.227 € 25.000 € 32.012

 

Leges
Algemeen
De tarieven voor 2017 zìjn primair aangepast aan de hand van het inflatiepercentage van 1 %, tenzij nader beperkt door wettelijke tariefstellingen. Bij de toerekening van kosten is uitgegaan van de aanwezige jurisprudentie. Hierdoor is een 100% kostendekkende legesverordening risicovol. Wanneer nieuwe jurisprudentie tot een wijziging in de toe te rekenen kosten leidt, kan de kostendekkendheid overschreden worden, Door iets onder de 100% te blijven wordt dit risico opgevangen.

Titel 1

Leges burgerzaken (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Lasten 64 78 49
Overhead 285 260 260
Lasten totaal 349 338 309
Baten totaal 204 145 125
Saldo - 145 -194 -184
Kostendekkendheid (%) 58 % 43 % 40 %

 

 

Titel 2

Leges omgevingsvergunningen (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Lasten 115 92 95
Overhead 280 370 370
Lasten totaal 395 462 465
Baten totaal 204 195 93
Saldo 191 - 267 - 372
Kostendekkendheid (%) 51 % 42 % 20 %

 

 

Titel 3

Evenementen en APV vergunningen (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Lasten 13 14 9
Overhead 209 175 175
Lasten totaal 222 189 184
Baten totaal 16 29 14
Saldo 205 -155 -170
Kostendekkendheid (%) 7 % 17 % 8 %

 

Totaaloverzicht opbrengst belastingen en retributies
In onderstaande tabel wordt aangegeven welke opbrengsten en retributies er zijn en hoeveel de inkomsten daarvan bedragen. Tevens wordt aangegeven het uiteindelijke totale netto resultaat van de heffingen en het uiteindelijke aandeel.

Gemeentelijke belastingen
Belastingen hebben een algemeen karakter. Een directe relatie tussen de belasting en de gemaakte kosten van de gemeente is in het algemeen niet aanwezig. Uitgangspunt bij het vaststellen van de belastingtarieven is dat deze trendmatig worden verhoogd met de verwachte inflatie. In overeenstemming met de Kadernota 2018 is in de Programmabegroting 2018-2021 voor de belastingen rekening gehouden met een inflatiepercentage van 1%.

Belastingen / retributies (bedragen x € 1.000,-)

Rekening 2019

Begroting 2020 (gewijzigd)

Rekening 2020

Belastingen      
OZB woningen 1.451 1.492 1.493
OZB niet-woningen gebruikers en eigenaren 618 552 561
Roerende woon- en bedrijfsruimten 6 7 6
       
Precariobelasting 527 487 517
Hondenbelasting 31 27 32
Toeristenbelasting 221 292 292
       
Totaal belastingen 2.854 2.857 2.901
       
Retributies
     
Rioolrecht 1.308 1.381 1.324
Afvalstoffenheffing 1.237 1.361 1.305
Begrafenisrechten 135 125 137
Leges omgevingsvergunningen 204 195 93
Leges vergunningen 16 29 14
Leges burgerzaken 204 145 125
Totaal retributies
3.104 3.236 2.998
       
Kwijtscheldingen
28 25 31
PMTotaal netto opbrengsten 3.076 3.211 2.967
       

 

Paragraaf Covid-19

Covid-19

Terug naar navigatie - Covid-19


2020 gaat de boeken in als het Coronajaar. Vanaf maart 2020 heeft het Coronavirus vele aspecten in de maatschappij beïnvloed. Ook voor de gemeente Oostzaan heeft dit gevolgen voor financiën, personeel en processen. In deze paragraaf zetten we de zaken die in 2020 anders dan anders zijn geweest als gevolg van de Coronapandemie uiteen.

Wat heeft het gekost?

Terug naar navigatie - Wat heeft het gekost?

In onderstaand overzicht zetten we uiteen welke gelden de raad beschikbaar heeft gesteld in verband met de extra gemaakte kosten in verband met de Coronapandemie. De raad heeft, vooruitlopend op de eerste rijkscompensatie (Junicirculaire 2020) € 200.000 beschikbaar gesteld ten laste van de Algemene reserve. Omdat eind 2020 de Coronapandemie nog niet ten einde is, en nog onduidelijk is of de rijkscompensatie voldoende is om alle toekomstige kosten te dekken, is het voorschot uit de Algemene reserve nog niet afgerekend.

 

Het budget voor de Corona 2020 is opgebouwd uit: 2020
RV20/33, vooruitlopend op compensatie vanuit Rijk € 200.000
1e Coronacompensatiepakket Junicirculaire '20 € 103.867
2e Coronacompensatiepakket Septembercirculaire '20 € 42.074
3e Coronacompensatiepakket Decembercirculaire '20 (*) € 18.136
Totaal beschikbaar in 2020 voor extra kosten door Corona: € 364.077

*) nog niet beschikbaar gesteld door de raad, besluitvorming volgt in 2021

Waar hebben we het aan besteed?

Terug naar navigatie - Waar hebben we het aan besteed?

 

Voor 2020 kan het volgende financiële overzicht worden opgesteld:

Extra kosten in verband met Corona
2020
Extra kosten BOA's 44.252
Tekstkarren, verkeersborden en -maatregelen 33.296
Materialen gemeentehuis (schermen, gel, etc.) 3.618
Extra schoonmaak gemeentehuis en gemeentewerf 5.764
Toezichthouder bibliotheek 10.230
Jeugdhulp: extra uren zorgboerderij 30.044
Kwijtschelding huur aan diverse huurders 18.164
   
Kwijtgescholden en misgelopen leges evenementen en sandwichboarden 8.900
Lagere opbrengst toeristenbelasting 136.800
   
Regionale samenwerking, VRZW en kleinere gemeenten 17.171
OVER-gemeenten: overuren en overige kosten 90.097
OVER-gemeenten: Corona-uren i.p.v. reguliere uren 62.236
Diversen 889
Totaal 461.460

 

Sommige zaken uit 2020 zijn nog niet in dit overzicht opgenomen, omdat daar per medio maart 2021 nog geen duidelijkheid over was.
Dit betreft in ieder geval de meerkosten van aanbieders in het Sociaal Domein.

Doorkijk naar 2021

We weten dat er ook in 2021 nog heel wat extra uitgaven op de gemeente afkomen. Denk naast de hierboven genoemde zaken ook aan de veel hogere kosten voor het organiseren van de verkiezingen, de gemaakte kosten voor het reguleren van het verkeer en het vermijden van drukte ten tijde van de ijsperiode in februari 2021. Daarnaast moeten we rekening houden met hogere kosten voor inkomensvoorziening, bijzondere bijstand, schuldhulpverlening, etc. in 2021.

Jeugdzorg

De effecten van Corona op de Jeugdzorg laten zich nog moeilijk vangen. Vanuit onze gecontracteerde zorgaanbieders ontvingen wij geen of weinig signalen over positieve of negatieve effecten. Het Nederlands Jeugdinstituut heeft onderzoek gedaan. Het onderzoeksrapport volgt in de eerste week van mei, de eerste contouren zijn gepubliceerd. Hieruit komen zowel positieve als negatieve ontwikkelingen naar boven.
Stagnatie van de zorg heeft als gevolg dat de aanwezige problematiek en spanning verergert binnen gezinnen. Ook als gevolg van het wegvallen van school, sport en andere vrijtijdsbesteding ontberen kwetsbare kinderen een veilige ontwikkelplek. Daarentegen blijken gezinnen ook een grotere veerkracht en zelfredzaamheid te vertonen en bleken zich ook te kunnen redden met minder hulp. Ook ontwikkelen gezinnen en hulpverleners andere en innovatieve vormen van zorg door digitalisering.
Op dit ogenblik kunnen nog geen harde conclusies getrokken worden en zijn mogelijke gevolgen nog te onzeker om hier een gefundeerde uitspraak over te kunnen doen.

Effect op de financiële positie

De kosten in verband met de Coronapandemie hebben een significant effect op de financiële positie van de gemeente Oostzaan. In de loop van 2021 zal blijken of de rijkscompensatie voldoende is om alle incidentele extra kosten in verband met Covid-19 te dekken. De reservepositie van de gemeente Oostzaan laat toe dat de incidentele kosten die de rijksbijdragen overschrijden kunnen worden gedekt worden uit de Algemene reserve. Voor structurele financiële effecten heeft de gemeente Oostzaan geen ruimte in de begroting en rekenen we op rijkscompensatie.

Materiële onzekerheid

Er bestaat geen materiële onzekerheid omtrent de continuïteit van bedrijfsvoering. Op 28 mei 2020 schreef de minister van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties, drs. K.H. Ollongren, in een brief aan de voorzitter van de 2e kamer dat het uitgangspunt is dat medeoverheden er als gevolg van de Corona-aanpak niet slechter voor komen te staan dan daarvoor. We gaan er dus vanuit dat langetermijngevolgen van Covid-19 ook gecompenseerd zullen worden door het rijk.

Omzetgaranties

In 2020 zijn omzetgaranties verstrekt aan zorgaanbieders en is zorg doorbetaald die niet of mogelijk alternatief is geleverd. Deze kosten worden apart geadministreerd zodat duidelijk onderscheid gemaakt kan worden tussen daadwerkelijk gedeclareerde zorg en de lasten vanuit de omzetgarantie gedurende de COVID-19 periode en lasten inzake ‘reguliere’ zorg. De kosten worden verantwoord op het product waar ook de reguliere zorg geboekt wordt en niet op het product 'Corona'. De in 2020 verstrekte omzetgaranties betreffen verstrekte voorschotten welke worden afgerekend naar aanleiding van de productieverantwoordingen. Er moet immers aangetoond worden dat er daadwerkelijk omzetverlies geleden is in 2020.

 

Hoe hebben we het organisatorisch geregeld?

Terug naar navigatie - Hoe hebben we het organisatorisch geregeld?


Digitale veiligheid 

In 2020 hebben de meeste ambtenaren voornamelijk thuis gewerkt. Voor de Coronapandemie waren de technische mogelijkheden om thuis te werken gelukkig reeds beschikbaar. Dat had het voordeel dat zaken als veilig thuiswerken reeds geregeld waren. Er hebben zich geen belangrijke technische problemen voorgedaan. Alle bedrijfsprocessen en ingerichte beheersmaatregelen functioneerden ook bij het werken op afstand. Wel bleek de oplossing die we voor de pandemie gebruikten om met collega's, bestuurders, bedrijven en inwoners in contact te komen (Skype voor bedrijven) niet altijd te voldoen. Met name op het gebied van video vergaderen zijn er nieuwe applicaties in gebruik genomen, namelijk Teams en Starleaf. Bij de keuze van nieuwe applicaties is veiligheid een belangrijk criterium. Teams wordt voornamelijk gebruikt door ambtenaren en bestuurders om in contact te komen met elkaar, met inwoners, bedrijven en ketenpartners. Starleaf maakt het veilig digitaal vergaderen voor de raad mogelijk. Veel medewerkers hebben beeldschermen van OVER-gemeenten in bruikleen gekregen.


Processen

Verreweg de meeste processen waren reeds volledig geautomatiseerd en konden zonder aanpassing doorgang vinden tijdens het vele thuiswerken. Een beperkt aantal (administratieve) processen behoefden echter toch (kleine) aanpassingen. Processen waarbij bijvoorbeeld het zetten van een fysieke paraaf of handtekening onderdeel was zijn daar waar mogelijk aangepast. Het betalingsproces is daar een voorbeeld van. Daarnaast worden vaker nota's digitaal verzonden in plaats van per post.

Ziekteverzuim

In 2020 kende OVER-gemeenten een hoog ziekteverzuim van gemiddeld 7,5%. Daarnaast was er een totale personeelsuitstroom van 20% in 2020. Hierdoor is relatief veel tijdelijke (extra) capaciteit aangetrokken.

Algemeen Sociaal Domein

Het Sociaal Domein kan terugkijken op een bewogen jaar, daar waar we in 2019 spraken over een turbulent jaar, zette het jaar 2020 zaken op zijn kop. De Corona crisis had grote impact op onze wijze van werken. Niet alleen was thuiswerken voor onze medewerkers het motto maar ook onze dienstverlening naar de burgers moest op andere wijze worden ingevuld. In plaats van huisbezoeken en keukentafelgesprekken moesten onze consulenten hun gesprekken op afstand voeren. Ook onze gecontracteerde zorgaanbieders in de Jeugdzorg en WMO moesten hun zorgverlening op alternatieve wijze invullen of zelfs tijdelijk stopzetten. Als gevolg van de Corona crisis kwamen ook nieuwe uitvoeringstaken op ons af. Zo riep het Rijk de zogenaamde TOZO-regelingen in het leven om zelfstandige ondernemers te ondersteunen. Deze regelingen lopen tenminste door tot en met Q1 2021.

Organisatorische samenwerkingsverbanden

Wij hebben ervoor gekozen om de uitvoering van de TOZO regelingen uit te besteden aan gemeente Zaanstad. De afspraken zijn vastgelegd in een aanvullend contract waar de wederzijdse rechten en plichten zijn vastgelegd en ook de vergoeding voor de uitvoeringswerkzaamheden zijn opgenomen. Deze vergoeding is conform de landelijke richtlijnen (of daaronder). Door regelmatig overleg tussen de gemeente Zaanstad en Oostzaan te voeren waarbij zowel contractmanagement, financiën en beleid aanwezig zijn wordt in voldoende mate gewaarborgd dat de uitvoering van TOZO-regeling in beeld blijft. In deze relaties is in 2de halfjaar nadrukkelijk door partijen in geïnvesteerd.

Stijging uitkeringen

In 2020 heeft de Corona crisis nog niet geleid tot een hoger uitkeringenniveau. Wel zien we een stijgend beroep op de bijzondere en incidentele bijstand. Wel wordt er geen groter beroep gedaan op de werkzaamheden van medewerkers. Wij verwachten in de nabije toekomst wel een stijging van bijstandsuitkeringen nadat het WW-traject is afgesloten. Een bijzondere groep vormen de jongeren die een kort arbeidsverleden hebben opgebouwd en daardoor eerder een beroep zullen doen op bijstandsvoorzieningen. Onduidelijk is nog in hoeverre het Rijk gemeenten gaan compenseren voor de stijging van de bijstandsuitkeringen, hiermee zal rekening gehouden moeten worden in de meerjarenbegroting. Bijzonder is dat de landelijke werkloosheidscijfers nog geen duidelijke stijging vertonen wat de onduidelijkheid alleen maar vergroot.
Voor de verdere toekomst verwachten wij een groter beroep op de schuldhulpverlening van de gemeente. De eerste inschatting is dat deze zich over 3 jaar zal manifesteren. Ook hier zal rekening mee gehouden moeten worden in de meerjarenbegroting. Alhoewel het effect moeilijk valt in te schatten.

Frauderisico TOZO

Bij het verstrekken van de TOZO uitkeringen kan mogelijk een frauderisico ontstaan. Gemeente Zaanstad heeft in haar procesgang beheersmaatregelen getroffen om frauderisico's te voorkomen waarmee opzet en bestaan zijn gewaarborgd. Ook is voorzien in de signalen van het landelijke inlichtingenbureau waarbij signalen automatisch worden ingelezen en omzet worden in een actie in de werkprocessen.
De werking van deze beheersmaatregelen nog moeten worden vastgesteld.

Subsidies

De gemeente in 2020 subsidies verstrekt aan organisaties voor activiteiten die geen doorgang hebben kunnen vinden of zijn uitgesteld in de tijd in verband met de Coronamaatregelen. Daarmee ontstaat in beginsel een rechtmatigheidsvraagstuk. De in 2020 verstrekte subsidies zijn voorschotten. In 2021, bij de definitieve vaststellingsbeschikking van de subsidies 2020, dient dit vraagstuk een plek te krijgen. Indien de subsidie voor activiteiten die niet doorgegaan zijn toch wordt verstrekt dient de raad hierover een besluit te nemen om onrechtmatigheid te voorkomen.