Jaarrekening

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Terug naar navigatie - Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten(BBV), de financiële verordening ex artikel 212 Gemeentewet daarvoor geven.

 

Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening

De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Activa en passiva zijn opgenomen tegen nominale waarde. 

De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.

Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.

De inkomsten vanuit de Algemene Uitkering zijn gebaseerd op de uitkomsten van de septembercirculaire 2020. Het definitieve accres voor 2020 wordt verwerkt in de meicirculaire 2021. Er is nog geen rekening gehouden met een eventuele aanpassing van het accres.

Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten echter toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt; daarbij moet worden gedacht aan componenten zoals ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.

Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming, te weten vier jaar. Indien er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (bijvoorbeeld reorganisaties) is, indien van toepassing wel een verplichting opgenomen te worden.

 

Wet Normering Topfunctionarissen (WNT)

Per 1 januari 2013 is de Wet Normering Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Voor de uitvoering van de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen in de publieke sector heeft de gemeente zich gehouden aan de beleidsregels toepassing Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semi-publieke sector (WNT).

 

Corona

In 2020 is de Corona-pandemie begonnen met een grote impact in de gehele wereld. Op basis van de ontwikkelingen in 2020 en hebben wij de eventuele risico’s beoordeeld. Hieruit concluderen wij dat het totaal aan risico’s voor ons niet heel veel toeneemt, maar zijn we ons wel bewust van de nog grotere noodzaak tot het voortdurend monitoren van de risico’s. Het college schat op basis van de uitgevoerde analyse dat het doorvoeren van een duurzame waardevermindering op de activa van de gemeente niet van toepassing is. De in de jaarrekening gehanteerde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zijn gebaseerd op een continuïteitsveronderstelling. Hoewel de toekomstige financiële impact van de uitbraak van COVID-19 ten tijde van het opmaken van deze jaarrekening niet duidelijk is, is het college van mening dat op basis van de thans beschikbare informatie, de inmiddels genomen maatregelen en de huidige liquiditeitspositie de bij het opmaken van deze jaarrekening gehanteerde continuïteitsveronderstelling niet materieel wordt beïnvloed.”

Balans

 

Vaste activa

Immateriële vaste activa

Met ingang van 2016 is de BBV aangepast met het oog op "bijdrage in activa van derden".

Met ingang van 2016 wordt de bijdrage in activa van derden verantwoord onder de immateriële vaste activa.  De immateriële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs, verminderd met de ontvangen subsidies en bijdragen van derden, de jaarlijkse afschrijvingslasten en eventuele afwaarderingen. Duurzame waardeverminderingen van vaste activa worden onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar in aanmerking genomen. 

 

Materiële vaste activa met economisch nut

In erfpacht uitgegeven gronden

De in erfpacht uitgegeven percelen zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (i.c. de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen). Percelen waarvan de erfpacht eeuwigdurend is afgekocht, zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen.

 

Overige investeringen met economisch nut

Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs en worden in 2016 afgeschreven volgens de annuïtaire methode. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. 

Slijtende investeringen worden vanaf het moment van ingebruikneming lineair afgeschreven met ingang van het navolgende boekjaar, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven.

Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. In het begrotingsjaar heeft een dergelijke vermindering overigens niet plaatsgevonden. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken.

Volledigheidshalve vermelden wij dat op investeringen die vóór 2008 gedaan zijn soms extra is afgeschreven zonder economische noodzaak (ter verlichting van toekomstige lasten). Ook zijn in voorkomende gevallen reserves op dergelijke investeringen afgeboekt.

 

De vastgestelde afschrijvingstermijnen bedragen in jaren:

Omschrijving

 

60 jaar

Gemeentehuis, woningen, brandweerkazerne, onderheid riool, andere kantoorgebouwen en scholen. Voor nieuwe projecten een termijn van maximaal 50 jaar, maar bij voorkeur 40 jaar of korter.

40 jaar

Gemeentewerf en andere bedrijfsgebouwen, bruggen, landhoofden en verbeteringen hieraan.

30 jaar

Riolering, speelplaatsen en sportvelden

20 jaar

Motorvoertuigen, houten bruggen, fietspaden, wegen en trottoirs

15 jaar

Technische installaties in bedrijfsgebouwen, plantsoenen nieuwe aanleg, openbare verlichting, verkeerslichten, beschoeiing en damwanden

10 jaar

Veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen, aanleg tijdelijke terreinwerken, nieuwbouw tijdelijke woonruimten en bedrijfsgebouwen, verbouwing woonruimten en bedrijfsgebouwen en verbetering sportvelden

 5 jaar

Zware transportmiddelen, aanhangwagens, schuiten, personenauto's, lichte motorvoertuigen, automatiseringsapparatuur en kantoorinventaris.

Activa met economisch nut en verkrijgingsprijs van minder dan € 15.000 worden niet geactiveerd, uitgezonderd gronden en terreinen. Deze laatst genoemden worden altijd geactiveerd.

 

Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut

Overeenkomstig de d.d. 26 november 2007 door de gemeenteraad vastgestelde financiële verordening worden infrastructurele werken in de openbare ruimte, zoals wegen, pleinen, bruggen, viaducten en parken geactiveerd en afgeschreven met een door de gemeenteraad vastgesteld termijn op basis van de verwachte levensduur. De ondergrond van deze werken wordt daarbij als integraal onderdeel van het werk beschouwd (en dus ook afgeschreven). Voor zover in voorkomende gevallen een snellere budgettaire dekking mogelijk is, wordt op dergelijke activa overigens (resultaatafhankelijk) extra afgeschreven. De boekwaarden moeten dus nadrukkelijk als nog te dekken investeringsrestanten worden gezien.

 

Financiële vaste activa

Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zonodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.

Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering gelukkig niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs.

De obligatieportefeuille is gewaardeerd tegen de verwachte aflossingswaarde. Het verschil met de destijds betaalde verkrijgingsprijs is als transitorische (rente)post in de balans opgenomen. Dit verschil wordt in het resultaat opgenomen in de (gemiddeld) resterende looptijd tot aflossing/uitloting.

Bijdragen aan activa van derden worden op basis van individuele raadsbesluiten geactiveerd. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdragen worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak.

Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid d BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of BV.

 

Vlottende activa

Voorraden

De nog niet in exploitatie genomen bouwgronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs, dan wel lagere marktwaarde. Er wordt geen rente bijgeschreven op de boekwaarde van deze voorraden.

De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijp maken), alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten. Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is, worden de

verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.

 

Vorderingen en overlopende activa

De vorderingen worden gewaardeerd tegen  nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

 

Liquide middelen en overlopende posten.

Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.

 

Voorzieningen

Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen (schuld) van de gemeente. Om deze reden kunnen voorzieningen ultimo verslagjaar geen negatieve stand kennen. Voorzieningen worden gewaardeerd op de contante waarde van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies.

 

Vaste schulden

Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

 

Vlottende passiva

De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

 

Borg- en Garantstellingen

Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.

 

COVID-19
In 2020 is de Corona-pandemie begonnen met een grote impact in de gehele wereld. Op basis van de ontwikkelingen in 2020 en hebben wij de eventuele risico’s beoordeeld. Hieruit concluderen wij dat het totaal aan risico’s voor ons niet heel veel toeneemt, maar zijn we ons wel bewust van de nog grotere noodzaak tot het voortdurend monitoren van de risico’s. Het college schat op basis van de uitgevoerde analyse dat het doorvoeren van een duurzame waardevermindering op de activa van de gemeente niet van toepassing is. De in de jaarrekening gehanteerde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zijn gebaseerd op een continuïteitsveronderstelling. Hoewel de toekomstige financiële impact van de uitbraak van COVID-19 ten tijde van het opmaken van deze jaarrekening niet duidelijk is, is het college van mening dat op basis van de thans beschikbare informatie, de inmiddels genomen maatregelen en de huidige liquiditeitspositie de bij het opmaken van deze jaarrekening gehanteerde continuïteitsveronderstelling niet materieel wordt beïnvloed.

 

 

Balans

Balans Activa

Terug naar navigatie - Balans Activa
ACTIVA
Vaste Activa
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Immateriele vaste activa Bijdragen aan activa in eigendom van derden 907.873 923.666
Totaal Immateriele vaste activa 907.873 923.666
1 - Totaal 907.873,04
Materiele vaste activa Gronden in erfpacht uitgegeven 312.321 312.321
Investeringen met een economisch nut 19.609.204 19.924.429
Investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding vd kosten een heffing kan worden geheven 6.473.742 6.748.005
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut 5.519.351 5.540.728
Totaal Materiele vaste activa 31.914.617 32.525.483
2 - Totaal 31.914.617,03
Financiele vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen 462.556 462.556
Overige langlopende leningen 450.745 453.400
Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer 761.462 750.446
Totaal Financiele vaste activa 1.674.763 1.666.402
3 - Totaal 1.674.763,36
Vaste Activa-Totaal Vaste Activa-Totaal 34.497.253 35.115.552
Vlottende Activa
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Voorraden Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie 27.496 204.381
Gereed product en handelsgoederen 718 2.344
Totaal Voorraden 28.214 206.724
4 - Totaal 28.214,38
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen 1.492.863 1.506.784
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar 900.000 200.000
Overige vorderingen 2.198.465 1.438.666
Totaal Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar 4.591.328 3.145.450
5 - Totaal 4.591.328,32
Liquide middelen Kassaldi 1.890 1.230
Banksaldi 183.544 175.474
Totaal Liquide middelen 185.434 176.705
6 - Totaal 185.433,71
Overlopende activa Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen die tlv volgende begrotingsjaren komen 68.692 144.066
Totaal Overlopende activa 68.692 144.066
7 - Totaal 68.691,80
Vlottende Activa-Totaal Vlottende Activa-Totaal 4.873.668 3.672.944
Totaal activa Totaal activa 39.370.922 38.788.496
Geheel - Totaal 39.370.922 38.788.496
28-jun-2021

Balans Passiva

Terug naar navigatie - Balans Passiva
PASSIVA
Vaste passiva
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Eigen Vermogen Algemene reserve 2.107.925 3.398.239
Bestemmingsreserves 1.699.278 2.149.541
Het gerealiseerde resultaat volgend uit een overzicht van baten en lasten in de jaarrekening -14.255 -122.529
Totaal Eigen Vermogen 3.792.948 5.425.251
1 - Totaal 3.792.947,55
Voorzieningen Voorzieningen 2.707.828 2.304.239
Totaal Voorzieningen 2.707.828 2.304.239
2 - Totaal 2.707.828,24
Vaste schulden, met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer Onderhandse leningen van binnenlandse banken en financiële instellingen 26.588.000 27.792.000
Waarborgsommen 8.963 6.288
Totaal Vaste schulden, met een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer 26.596.963 27.798.288
3 - Totaal 26.596.963,00
Vaste passiva-Totaal Vaste passiva-Totaal 33.097.739 35.527.778
Vlottende Passiva
Hier moest even veel tekst komen zodat het op 2 regels komt :) 31-12-2020 31-12-2019
Netto-vlottende schulden, met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar Kasgeldlen. aangegaan bij openb.lichamen als bedoeld in art.1, ond.a, van de Wet fin. decentr.overh. 2.200.000 0
Banksaldi 254 1.043
Overige Schulden 2.092.151 2.281.146
Totaal Netto-vlottende schulden, met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar 4.292.405 2.282.188
4 - Totaal 4.292.405,08
Overlopende passiva Verplichtingen die een volgend jaar tot betaling komen 45.442 0
Ivm voorfinanciering uitk. met specifiek doel: ontvangen van het Rijk 738.650 17.674
Ivm voorfinanciering uitk. met specifiek doel: ontvangen van overige Nederlandse overheidslichamen 165.937 57.575
Overige vooruitontvangen bedragen die tbv de volgende begrotingsjaren komen 1.030.749 903.280
Totaal Overlopende passiva 1.980.778 978.530
5 - Totaal 1.980.777,77
Vlottende Passiva-Totaal Vlottende Passiva-Totaal 6.273.183 3.260.718
Totaal activa Totaal activa 39.370.922 38.788.496
Geheel - Totaal 39.370.922 38.788.496
5-jul-2021

Toelichting op de balans

Activa

Terug naar navigatie - Activa

Vaste activa

Immateriële vaste activa

Met ingang van 2016 worden de bijdragen aan activa in eigendom van derden verantwoord onder de immateriële vaste activa. Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden geactiveerd indien aan de volgende eisen is voldaan: vlottende

- Er is sprake van een investering door een derde;

- De investering draagt bij aan de publieke taak;

- De derde heeft zich verplicht tot het daadwerkelijk investeren op een wijze zoals is overeengekomen;

- De bijdrage kan door de gemeente worden teruggevorderd, indien de derde in gebreke blijft of de gemeente anders recht kan doen gelden op de activa die samenhangen met de investering.

  Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Bijdrage aan activa in eigendom van derden 907.873 923.667
Totaal      
907.873 923.667

 

De post immateriële vaste activa kan als volgt worden gespecificeerd:

  Oorspronkelijke bijdrage Boekwaarde per 31-12-2020
Kunstgrasvelden OFC 850.000 265.197
Kunstgrasveld OKV 191.756 160.689
Bijdrage renovatie sporthal SSO (2012) 300.000 226.128
Bijdrage renovatie sporthal SSO (2015) 350.000 255.859
Totaal      
1.691.756 907.873

Toelichting 2020:

In 2020 is de bijdrage aan de sporthal verhoogd met een bedrag van € 72.374,- inzake de renovatie van de vloer in de sporthal.

De bijdrage inzake de  renovatie van de Sporthal SSO is conform raadsbesluit RV 11/70.

 

 

Materiële vaste activa

Materiële vaste activa zijn fysiek aanwezige activa. Het BBV kent de volgende soorten vaste activa:

- investeringen met een economisch nut;

- investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven;

- investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut.

 

De materiële vaste activa bestaat uit de volgende onderdelen:

  Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
In erfpacht uitgegeven gronden 312.321 312.321
Investeringen met een economisch nut waarvan ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven 6.473.743 6.748.006
Overige investeringen met een economisch nut 19.609.198 19.924.424
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut 5.519.358 5.540.737
Totaal      
31.914.620 32.525.488

 

Specificatie van de hierboven genoemde posten:  

Omschrijving investeringen Boekwaarde 31-12-2019 Investeringen 2020 Des-investeringen 2020 Afschrijving 2020 Bijdrage derden 2020  Boekwaarde 31-12-2020
In erfpacht uitgegeven gronden 312.321 0 0 0 0 312.321
Totaal 312.321 0 0 0 0
312.321

In erfpacht uitgegeven gronden zijn gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs. De boekwaarde van de erfpachtgronden is in het boekjaar niet gemuteerd.

Het onderstaand overzicht geeft het verloop van de boekwaarde weer van de investeringen met economisch nut, waarvoor een heffing kan worden geheven:

Omschrijving investeringen Boekwaarde 31-12-2019 Investeringen 2020 Des-investeringen 2020 Afschrijving 2020 Bijdrage derden 2020  Boekwaarde 31-12-2020
Investeringen met een economisch nut waarvoor ten bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven 6.748.006 8.385 0 282.648 0 6.473.743
Totaal 6.748.006 8.385 0 282.648 0
6.473.743

 

Het onderstaand overzicht geeft het verloop van de boekwaarde weer van de overige  investeringen met economisch nut:

Omschrijving investeringen Boekwaarde 31-12-2019 Investeringen 2020 Des-investeringen 2020 Afschrijving 2020 Bijdrage derden 2020  Boekwaarde 31-12-2020
Gronden en terreinen 1.026.420 584.105 0 12.814 584.105 1.013.606
Woonruimten 411.223  0 0 3.992 0 407.231
Bedrijfsgebouwen 18.037.994 0 0 226.592 0 17.811.401
Vervoermiddelen 177.036 0 0 35.993 0 141.042
Machines en apparaten 271.752 0 0 35.833 0 235.918
Totaal 19.924.425 584.105 0 315.224 584.105
19.609.198

 

Het onderstaand overzicht geeft het verloop van de boekwaarde weer van de investeringen met maatschappelijk nut:

Omschrijving investeringen Boekwaarde 31-12-2019 Investeringen 2020 Des-investeringen 2020 Afschrijving 2020 Bijdrage derden 2020  Boekwaarde 31-12-2020
Grond-weg en waterbouwkundige werken met maatschappelijk nut 5.540.737 489.057 0 410.436 100.000 5.519.358
Totaal 5.540.737 489.057 0 410.436 100.000
5.519.358

 

Totaaloverzicht van de stand van zake met betrekking tot investeringen en investeringskredieten in 2020: 

 

Toelichting op de mutaties van de investeringen:

Uitkoopregeling woningen onder hoogspanningsmasten

In 2020 is aangekocht de woning Zuideinde 182. Voor de aankoop van deze woning is een subsidie ontvangen van RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. 

Bijdrage aan de Sporthal

In 2020 is conform het renovatieplan de vloer van de sportzaal vervangen.

Speelterrein De Dors

Bij de behandeling van de begroting in de raadsvergadering van 3 november 2019 is aangenomen het amendement 19A17, waarbij een bedrag van € 40.000 beschikbaar is gesteld om de skatebaan van de Twiskeweg te verplaatsen, alsmede het speelterrein aan de Dors te herinrichten.                                                                                                                                                                                                                        

Herinrichting Zuideinde

In herinrichting van het Zuideinde is gestart in 2019, en afgerond in 2020.

Herinrichting Kerkstraat

De herinrichting van de Kerkstraat staat gepland voor 2021. In 2020 is de voorbereiding gestart.

Revitalisering van de Ambacht

Als laatste onderdeel van de revitalisering is het straatwerk op de Ambacht aangepakt.

 

 

Financiële vaste activa

De financiële vaste activa is gewaardeerd tegen de oorspronkelijke verkrijgingsprijs, de jaarlijkse aflossingen, afschrijvingslasten en eventuele afwaarderingen. Het verloop van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2018 wordt in onderstaand schema weergegeven:

Omschrijving investeringen Boekwaarde 31-12-2019 Investeringen 2020 Des-investeringen 2020 Afschrijving 2020 Bijdrage derden 2020  Boekwaarde 31-12-2020
Kapitaalverstrekkingen            
- deelnemingen BNG 56.189         56.189
- deelnemingen EZW 907         907
- deelnemingen Alliander 401.475         401.475
- deelnemingen OD            IJmond 3.985         3.985
Leningen aan:            
- overige langlopende leningen (Agora/SSO) 453.400   2.655     450.745
- overige uitzettingen langer dan één jaar (SVN) 750.447

11.016

      761.462
Totaal 1.666.403 11.016 2.655 0 0
1.674.763

Toelichting mutaties:  

  • Overige langlopende leningen, betreffende lening Agora en Stichting Sporthal Oostzaan.
  • Overige uitzettingen, langer dan één jaar
    Het betreft hier de uitgezette gelden bij de SVN (Stichting Volkshuisvesting Nederland). De investering betreft een stijging van de gelden door ontvangen rente op uitgezette leningen.

 

Vlottende activa

Voorraden

De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën:

  Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Grond- en hulpstoffen, gespecificeerd naar:    
- onderhanden werk 27.496 204.381
- bouwgronden in exploitatie 0 0
- gereed product en handelsgoederen 718 2.344
Totaal      
28.214 206.725

 

Specificatie onderhanden werk:

Complex

Boekwaarde

31-12-2019

Verlies-

voorz.

Winst name

2019

Balans

31-12-'19

Investering

2020

Desinvestering 2020

Winst name

2020

 Boekwaarde 31-12-2020
Ambacht 179.730 0 0 179.730 40.884 207.116 -13.498 0
Dr. Boomstraat 11.991 0 0 11.991 0 0 0 11.991
Radio 9 terrein 12.660 0 0 12.660 2.845 0 0 15.505
Totaal 204.381 0 0 204.381 43.729
207.116 -13.498 27.496

Toelichting op bouwgronden in exploitatie:

Het betreft hier geen expliciete grondexploitatie, maar een drietal gemeentegronden, die zullen worden verkocht, waarvoor in 2017, 2018 en in 2019 kosten zijn gemaakt.

  • De Ambacht
    De herinrichting en revitalisering van de Ambacht is afgerond in 2020.
  • Dr. Boomstraat (voormalige voetbalkooi)
  • Radio 9 terrein

Uitzettingen korter dan één jaar

De uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. Deze voorziening wordt jaarlijks opnieuw bepaald.

De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van één jaar of minder kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Uitzettingen korter dan één jaar Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Debiteuren 768.980 817.360
Schatkistbankieren 900.000 200.000
BTW compensatiefonds en Omzetbelasting 1.447.418 1.506.784
Overige vorderingen 1.363.751 621.307
Totaal      
4.480.149 3.145.451

 

Specificatie van het hierboven genoemde saldo debiteuren:  

Uitzettingen Debiteuren eigen beheer Debiteuren belastingen Debiteuren sociale zaken Overige vorderingen Totaal Waarvan openbare lichamen
Debiteuren 2011 2.535          
Debiteuren 2012 15.000          
Debiteuren 2013            
Debiteuren 2014            
Debiteuren 2015            
Debiteuren 2016            
Debiteuren 2017            
Debiteuren 2018 84          
Debiteuren 2019 523          
Debiteuren 2020 342.559         62.464
Overige vorderingen            
Subtotaal 360.701 115.276 543.294   1.019.271  
Voorzieningen 47.363   137.928 65.000 250.291  
Totaal      
313.338 115.276 405.366 -65.000
768.980  

Voor de invordering van belastingdebiteuren over der periode 2012-2020 worden de volgende percentages gehanteerd met het oog op oninbaarheid.

2020: 0%

2019: 10%

2018: 25 %

2017: 50 %

2016 en ouder: 100%

 

 Vorderingen op Nederlandse overheidslichamen Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Debiteuren en overige vorderingen 52.463 5.857
Schatkistbankieren 900.000 200.000
BTW compensatiefonds 1.447.418 1.461.339
Totaal      
2.399.881 1.667.196

 

Op 15 december 2013 is de wet Verplicht Schatkistbankieren van kracht geworden. Dit houdt in dat decentrale overheden hun overtollige middelen (gelden op rekening-courant bij de bank boven een bepaald drempelbedrag) aan moeten houden bij het Ministerie van Financiën (de schatkist). Het doel hiervan is het verlagen van de EMU-schuld van de collectieve sector. Doordat de decentrale overheden hun tijdelijk overtollige gelden aanhouden in de schatkist, wordt de externe financieringsbehoefte van het Rijk verminderd. De gemeenten hebben een rekening-courant bij de schatkist waar gelden op aangehouden kunnen worden. Voor Oostzaan is het zogenaamde drempelbedrag € 250.000,-.

Per kwartaal mag het totaal van alle liquide middelen op de diverse bankrekeningen en in kas niet boven dit bedrag uitkomen.

 

Uit onderstaande berekeningen per kwartaal blijkt dat de gemeente Oostzaan het maximum drempelbedrag niet heeft overschreden.

 

Liquide middelen

Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:

 Liquide middelen Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Kassaldi 1.889 1.230
Banksaldi 183.544 175.475
Totaal      
185.433 176.705

 

Overlopende activa

De post overlopende activa kan als volgt worden onderscheiden:

 

Overlopende activa Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Nog te ontvangen bedragen en transitorische posten 68.692 144.066
Totaal      
68.692 144.066

 

Toelichting:

Het bedrag is opgebouwd uit vooruitbetaalde kosten en nog te ontvangen posten per balansdatum 31 december 2020.

 

 

PASSIVA

Terug naar navigatie - PASSIVA

Eigen vermogen

Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten:

Eigen vermogen Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Algemene reserve 2.107.925 3.398.239
Bestemmingsreserves 1.699.278 2.149.541
Totaal reserves 3.807.203 5.547.780
Resultaat voor bestemming 0 -122.530
Totaal

3.807.203

5.425.250

niet gebruiken

Terug naar navigatie - niet gebruiken
RESERVES Saldo 1 januari 2020 Resultaatbestemming 2019 Toevoegingen 2020 Rentetoerekening 2020 Onttrekkingen 2020 Verminderingen i.v.m. afschrijvingen op activa Saldo 31 december 2020
Algemene reserve 3.398.239 -237.122 754.122 0 1.807.314 0 2.107.925
Totaal Algemene reserve 3.398.239 -237.122 754.122 0 1.807.314 0 2.107.925
Bestemmingsreserve Sociaal Domein 28.779 0 0 0 0 0 28.779
Reserve onderhoud bruggen 118.835 0 0 0 0 0 118.835
Bestemmingsreserve handhaving 18.000 0 0 0 0 0 18.000
Reserve verkiezingen 0 0 1.569 0 0 0 1.569
Reserve wachtgeld huidige wethouders 41.587 0 0 0 0 0 41.587
Reserve initiatieven voor en door jongeren 20.000 0 0 0 0 0 20.000
Reserve duurzaamheid 203.005 34.093 0 0 50.400 0 186.698
Bestemmingsreserve Verkoop oude vrachtwagen tbv nieuwe 785152 39.721 0 0 0 0 0 39.721
Reserve infrastructuur 25.000 0 0 0 0 0 25.000
Reserve asfalteren Zuideinde 10 0 0 0 0 0 10
Reserve Ruimtelijke Ordening 35.000 0 0 0 0 0 35.000
Reserve Onderhoud Gebouwen 850.981 0 0 0 400.000 0 450.981
Reserve jongerenbeleid 0 10.500 0 0 0 0 10.500
Reserve MRA (Metropool Regio Amsterdam) 52.045 0 0 0 13.525 0 38.520
Reserve omgevingswet 0 50.000 0 0 0 0 50.000
Reserve integrale aanpak sociaal domein 92.012 0 0 0 35.000 0 57.012
Reserve zelfevaluatie 0 20.000 0 0 0 0 20.000
Reserve sportvelden 25.996 0 0 0 0 0 25.996
Reserve EGEM-i 77.725 0 0 0 12.500 0 65.225
Reserve implementatie BGT 53.536 0 0 0 0 0 53.536
Reserve projecten en openbaar groen 467.310 0 0 0 55.000 0 412.310
Totaal Bestemmmingsreserves 2.149.541 114.593 1.569 0 566.425 0 1.699.278
Totaal reserves 5.547.780 -122.529 755.691 0 2.373.739 0 3.807.203

Toelichting op mutaties in reserves 2020

Terug naar navigatie - Toelichting op mutaties in reserves 2020

Onder "bestemming resultaat vorig boekjaar" staat de verdeling van het rekeningresultaat 2019, zoals deze is vastgesteld bij de jaarstukken 2019 conform raadsvoorstel rv 20/26.

Programma 1 Dienstverlening

  • Reserve verkiezingen

               In het najaarsbericht 2020 zijn de ontvangsten voor de verkiezingen 2021 toegevoegd aan de reserve verkiezingen.

  • Reserve EGEM-I:

    In het  voorjaarsbericht 2020 is een onttrekking opgenomen van € 12.500,- ten behoeve van de inhaalslag vergunningen, handhaving en toezicht. Het voorjaarsbericht is vastgesteld met raadsvoorstel RV 20/17.

Programma 2 Ruimtelijke ontwikkeling

  • Reserve Duurzaamheid
  • In het najaarsbericht is de onttrekking opgenomen van € 50.400,- ten behoeve van uitvoering van de werkzaamheden inzake de Energietransitie en de RES. Deze werkzaamheden zijn uitgevoerd door OD IJMond.

Programma 3 Sociaal Domein

  • Reserve Aanpak sociaal domein:

    Voor de inrichting van het Sociaal Plein wordt conform primaire begroting een bedrag van € 35.000,- onttrokken aan de reserve.

  • Reserve jongerenbeleid:

    In de resultaatbestemming van 2019 is een toevoeging aan deze reserve opgenomen van € 10.500,-.

Programma 5 Leefomgeving

  • Reserve gebouwenbeheer:

    In 2020 wordt een bedrag onttrokken aan de reserve gebouwenbeheer voor de realisatie van het Sociaal Plein, alsmede het vervangen van de regeltechniek van de verwarmingsinstallatie in 2020, conform raadsvoorstel 20/39.

  • Reserve projecten en openbaar groen:

    De reserve wordt ingezet voor een tweetal projecten openbaar groen, conform voorjaarsbericht 2020 (volkstuinen) en najaarsbericht 2020 (Begoniahof).

Programma 6 Bestuur en organisatie

  • Het verloop van de Algemene reserve is in 2020 als volgt:
Algemene reserve per 01-01-2020
3.398.239
Af: RV 20/26 rekeningresultaat conform resultaatbepaling 2019 -237.122
Bij: conform begroting worden de inkomsten precario voor 100 % toegevoegd aan de Algemene Reserve 517.000
Af: RV 20/17  onttrekking saldo voorjaarsbericht 2020 -200.675
Af: RV 20/52 onttrekking saldo najaarsbericht 2020 -1.149.517
Af: RV 20/14 vervanging griffie -20.000
Af: RV  20/33 opvangen van coronabudget -200.000

Algemene reserve per 31-12-2020, exclusief rekeningresultaat 2020

2.107.925

(bedragen in Euro's)

Voorzieningen

Terug naar navigatie - Voorzieningen

Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen (schulden) van de gemeente. Voorzieningen worden gewaardeerd op de contante waarde c.q. het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De vorming van een voorziening, dan wel een dotatie aan een reeds bestaande voorziening, is een last in het betreffende boekjaar verantwoord. Alle aanwendingen aan voorzieningen zijn rechtstreeks ten late van de voorziening gebracht en in het verslagjaar niet ten laste van de exploitatie verantwoord. Aan voorzieningen ter egalisatie van (onderhouds)lasten van kapitaalgoederen over meerdere begrotingsjaren ligt een actueel (beheer)plan ten grondslag. Uitgevoerd achterstallig onderhoud is daarbij ten laste gebracht van de exploitatie.  

Voorzieningen voor verplichtingen Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Pensioenvoorziening 1.758.788 1.577.024
Voorziening afval 15.000 15.000
Voorziening egalisatie riolering 670.225 454.812
Voorziening Riool 263.815 230.403
Voorziening Kunstgreep 0 19.000
Voorziening sporttoestellen 0 8.000
Totaal      
2.707.828 2.304.239

 

Het verloop van de voorzieningen in 2020 wordt in onderstaand schema weergegeven:

 

Toelichting:

  • Voorziening egalisatie riolering:
    Conform de voorschriften van de BBV wordt jaarlijks het efficiency-voordeel op het product riolering toegevoegd aan deze voorziening.
  • Voorziening De Kunstgreep:
    Conform de begroting 2020 wordt jaarlijks een toevoeging aan de voorziening gedaan voor toekomstig onderhoud aan theatervoorzieningen begroot. Deze voorziening voldoet echter niet aan de BBV-vereisten, omdat hiervoor geen onderhoudsplanning en valt om deze reden terug in het rekeningresultaat .
  • Voorziening pensioenen: Om het uiteindelijke doel-vermogen te bereiken, wordt een bedrag van € 120.235,- toegevoegd aan de voorziening, conform de opgaven van het pensioenfonds.
  • Voorziening sporttoestellen: Jaarlijks wordt een bedrag van € 4.000,- toegevoegd aan de voorziening ten behoeve van de sporttoestellen van De Greep. Deze voorziening voldoet echter niet aan de BBV-vereisten, omdat hiervoor geen onderhoudsplanning en valt om deze reden terug in het rekeningresultaat.

Vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar

Terug naar navigatie - Vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar

De vaste schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde (hoofdsom) verminderd met het totaal van de gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

De onderverdeling van de in de balans opgenomen langlopende schulden is als volgt:

Schulden langer dan één jaar Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Binnenlandse banken en overige financiële instellingen 26.588.000 27.792.000
Waarborgsommen 8.963 6.288
Totaal      
26.596.963 27.798.288

 

In onderstaand schema wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden over het jaar 2020:

De totale rentelast voor het jaar 2020 met betrekking tot de vaste schulden bedraagt €    873.559,-.

 

Waarborgsommen

Dit bedrag is opgebouwd uit ontvangen waarborgsommen conform de diverse huurcontracten.

Vlottende passiva

Terug naar navigatie - Vlottende passiva

 

Onder de netto vlottende schulden korter dan één jaar zijn opgenomen:

Vlottende passiva Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Schulden < 1 jaar 1.739.649 1.374.963
Te betalen aan openbare lichamen 0 704.740
Te betalen pensioenpremie 0 5.570
Te betalen belastingen en sociale premies 0 28.801
Banksaldi 254 1.042
Zorgnet 241.322 167.413
BNG kasgeldlening 2.200.000 0
Totaal      
4.181.225 2.282.529

 

Toelichting

De post "schulden < 1 jaar" bestaat voornamelijk uit het crediteurensaldo per 31-12-2020.

 

Overlopende passiva

De in de balans opgenomen korte schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden:

Overlopende passiva Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen, nog te besteden voorschotten op specifieke uitkeringen 188.675 75.248
Nog te betalen bedragen (zie specificatie hieronder)

927.425

723.282
Overige vooruitontvangen bedragen 0 0
Vooruitontvangen TOZO gelden 712.090 0
Totaal      
1.829.747 798.530

 

De in de balans opgenomen post "Van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotten op specifieke uitkeringen" kunnen als volgt worden gespecificeerd:

Toelichting op de post "Van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotten op specifieke uitkeringen:

  1. Uitkoopregeling TNO hoogspanningsmasten
    Met de uitkoopregeling kunnen eigenaren van woningen die recht onder een hoogspanningslijn staan hun woning verkopen aan de gemeente. De gemeente krijgt de kosten voor de aankoop, de taxatie, de sloop en de ambtelijke inzet vergoed door het ministerie van Economische Zaken (EZ). In Oostzaan zijn nog geen sloopkosten aangevraagd omdat er ook nog plan voor verplaatsing loopt. De sloopkosten kunnen tot 31-12-2021 worden aangevraagd.
  2. Lokale maatregelen luchtkwaliteit
    In 2017 is de afrekening getoetst door de provincie. De afrekening van de subsidie Lokale maatregelen luchtkwaliteit zou plaatsvinden in 2018, en ook nog niet in 2019. De subsidie omvat een oorspronkelijk bedrag van € 315.860,-. Dit bedrag is in de jaren 2011-2014 besteedt aan de realisatie van een aardgasstation op Skoon, het fietspad en fietsbrug op Skoon, aanschaf electrische auto, snel-laadpaal op de Begoniastraat en aanpassing van diverse fietsroutes in Oostzaan.
  3. Vanuit de Provincie Noord Holland wordt een subsidie beschikbaar gesteld voor de ondersteuning van cultuur, ten gevolge van de coronacrisis. Deze subsidie dient in 2021 te worden verantwoord.
  4. Gemeente Purmerend
  5. Coentunnel West. Deze subsidie was bestemd voor de revitalisering van de Ambacht, en is in 2020 verantwoord en afgewikkeld.
  6. BTW Spuk
    Met ingang van 2019 valt de BTW op sportaccomodaties onder de nieuwe SPUK regeling. De BTW dient te worden aangevraagd op basis van begroting, en verantwoordt middels de SiSa verantwoording aan het rijk. Op basis van de aanvraag is een ratio van 81,7% van de aanvraag reeds ontvangen.  Op basis van de uiteindelijke verantwoording zal het restant worden uitgekeerd, mits landelijk niet het plafond wordt overschreden.
  7. Onderwijs achterstanden
    Met ingang van 2019 ontvangt de gemeente Oostzaan extra geld voor het onderwijs achterstandenbeleid. Het bedrag is nog niet volledig ingezet in 2019, en mag in 2020 worden besteedt.

 

De in de balans opgenomen post "nog te betalen bedragen" kan als volgt worden gespecificeerd:

Specificatie van nog te betalen bedragen Boekwaarde per 31-12-2020 Boekwaarde per 31-12-2019
Nog te betalen kosten 590.315 423.002
Nog te betalen rente 2019 287.422 299.914
Tussenrekening subsidie zwerfvuil 3.821 0
Nog te betalen sociale premies 425 366
BTW suppleties 45.442 0
Totaal      

927.425

723.282

Waarborgen en afgegeven garanties

Terug naar navigatie - Waarborgen en afgegeven garanties

Buiten de balanstelling wordt het totaal aan afgegeven gewaarborgde geldleningen opgevoerd. Het betreft een overzicht van verstrekte waarborgen en garanties aan natuurlijke- en rechtspersonen, welke door de gemeente Oostzaan gewaarborgd zijn. Dit overzicht kan als volgt worden opgesteld:

Waarborgen en garanties Oorspronkelijk bedrag Stand per 31-12-2020 Percentage Boekwaarde 31-12-2020 Boekwaarde 31-12-2019
Gewaarborgde geldleningen overig 3.168.712 2.206.584 100% 2.206.584 2.028.963
Gewaarborgde geldleningen WSW 38.928.204

31.583.961

50% 15.791.980 13.496.243
Garantstellingen 992.579 786.524 100% 786.524 786.524
Totaal      
43.089.495 34.577.069   18.785.088 16.311.730

NB. Van de garantstellingen zijn niet van alle banken de oorspronkelijke hoofdsaldi beschikbaar.

In 2020 is voor een bedrag van € 0,- uitbetaald wegens de verleende borg- en garantstellingen.

Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Terug naar navigatie - Niet uit de balans blijkende verplichtingen

Langlopende financiële verplichtingen

De gemeente is voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen. Hieronder volgt een opsomming van de belangrijkste van deze verplichtingen:

  • Ophalen huisvuil
    Voor het ophalen van huisvuil is een contract vanaf 1 januari 2014 t/m 31 december 2017. Voor het jaar 2018 en 2019 is het contract verlengd met een jaar, en heeft in 2019  de aanbesteding voor het ophalen van huisvuil plaatsgevonden.  Het jaarlijkse termijn bedraagt € 270.000,-.
  • Netwerk en levering elektriciteit
    Voor energie is een contract afgesloten met Greenchoice. Het jaarlijkse termijn bedraagt € 175.000,-.
  • Projectbegeleiding
    Voor schoonmaak is een contract afgesloten voor de periode 01 januari 2019 t/m 31 december 2023 + 4 keer de optie tot verlening van 12 maanden. .Het jaarlijkse termijnbedrag bedraagt ongeveer € 75.000,-.
  • Eigen bijdrage op grond van de WMO
    Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming (persoonsgebonden budget) is op grond van de WMO een bijdrage verschuldigd. De wetgever heeft bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage wordt uitgevoerd door het CAK. De informatie van het CAK (om privacyredenen beperkt) is ontoereikend om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald dat de verantwoordelijk voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen op grond van de WMO geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dit betekent dat door de gemeenten geen zekerheid omtrent omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen. 

 

 

Programmarekening 2020

Terug naar navigatie - Programmarekening 2019

Onderstaand treft u een overzicht aan van de baten en lasten, samengevat per programma. De verschillen tussen realisatie en begroting zijn verklaard bij de programmaverantwoording in Deel 1.

Overzicht van baten en lasten 2019 en primaire begroting 2020

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten 2019 en primaire begroting 2020
Programma Bedrag werkelijk uitgaven 2019 Bedrag werkelijk inkomsten 2019 Bedrag werkelijk saldo 2019 Bedrag primair begroot uitgaven 2020 Bedrag primair begroot inkomsten 2020 Bedrag primair begroot saldo 2020
01 Dienstverlening 1.301.167 424.672 -876.495 1.285.154 369.478 -915.676
02 Ruimtelijke ordening 441.882 212.603 -229.279 503.557 90.000 -413.557
03 Sociaal domein 7.049.866 1.605.810 -5.444.056 6.813.322 1.502.026 -5.311.296
04 Maatschappelijke participatie 1.590.434 799.062 -791.372 1.469.779 128.441 -1.341.338
05 Leefomgeving 7.238.987 3.887.731 -3.351.256 7.473.235 3.906.667 -3.566.568
06 Bestuur en organisatie 4.328.956 15.434.735 11.105.779 2.972.748 14.976.046 12.003.298
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 21.951.291 22.364.612 413.321 20.517.795 20.972.658 454.863
40 Mutaties in reserves 1.085.463 549.613 -535.851 374.442 61.000 -313.442
50 Kostenplaatsen 0 0 0 0 0 0
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 1.085.463 549.613 -535.851 374.442 61.000 -313.442
Gerealiseerd resultaat 23.036.755 22.914.225 -122.530 20.892.237 21.033.658 141.421
28-jun-2021 Verversingsdatum: 07-mei-2021

Overzicht van baten en lasten begroting 2020 inclusief begrotingswijzigingen en jaarrekeningcijfers 2020

Terug naar navigatie - Overzicht van baten en lasten begroting 2020 inclusief begrotingswijzigingen en jaarrekeningcijfers 2020
Programma Begroot incl. wijz. uitgaven 2020 Begroot incl. wijz. inkomsten 2020 Begroot incl. wijz. saldo 2020 Bedrag werkelijk uitgaven 2020 Bedrag werkelijk inkomsten 2020 Bedrag werkelijk saldo 2020 Verschil begr/werk 2020 Voordelig/ nadelig
01 Dienstverlening 1.340.054 378.478 -961.576 1.256.262 234.003 -1.022.259 -60.683 nadelig
02 Ruimtelijke ordening 503.557 90.000 -413.557 585.651 304.724 -280.927 132.630 voordelig
03 Sociaal domein 7.717.606 1.556.726 -6.160.880 10.251.216 3.997.815 -6.253.401 -92.521 nadelig
04 Maatschappelijke participatie 1.542.866 158.793 -1.384.073 1.531.897 154.840 -1.377.057 7.016 voordelig
05 Leefomgeving 8.143.023 3.913.667 -4.229.356 8.124.568 3.822.853 -4.301.715 -72.359 nadelig
06 Bestuur en organisatie 3.988.395 15.335.017 11.346.622 3.830.458 15.433.515 11.603.057 256.435 voordelig
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 23.235.501 21.432.681 -1.802.820 25.580.052 23.947.749 -1.632.303 170.517 voordelig
40 Mutaties in reserves 854.554 2.360.998 1.506.444 755.691 2.373.739 1.618.048 111.604 voordelig
50 Kostenplaatsen 0 0 0 0 0 0 0
Gerealiseerd totaal van saldo van baten en lasten 854.554 2.360.998 1.506.444 755.691 2.373.739 1.618.048 111.604 voordelig
Gerealiseerd resultaat 24.090.055 23.793.679 -296.376 26.335.743 26.321.488 -14.255 282.121 nadelig
28-jun-2021 Verversingsdatum: 07-mei-2021

Begrotingsafwijkingen en begrotingsrechtmatigheid

Terug naar navigatie - Begrotingsafwijkingen en begrotingsrechtmatigheid

Bij de rechtmatigheidscontrole vormt het begrotingscriterium een belangrijk toetsingscriterium. In de toelichting op het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) wordt begrotingsrechtmatigheid omschreven als:

"Financiële beheershandelingen, die ten grondslag liggen aan de baten en lasten, alsmede de balansposten, dienen tot stand te zijn gekomen binnen de grenzen van de geautomatiseerde begroting en hiermee samenhangende programma's (begrotingscriterium). In de begroting zijn de maxima voor de lasten vermeld die door de raad zijn vastgesteld. Dit houdt in dat de financiële beheershandelingen dienen te passen binnen de begroting, waarbij het juiste programma, de toereikendheid van het begrotingsbedrag, evenals het begrotingsjaar van belang zijn."

Op grond van bovenstaande definitie zijn diverse begrotingsoverschrijdingen te onderscheiden:

  • kostenoverschrijdingen die worden gecompenseerd door direct gerelateerde opbrengsten;
  • kostenoverschrijdingen bij open-einde regelingen;
  • kostenoverschrijdingen die worden gecompenseerd door niet direct gerelateerde opbrengsten;
  • kostenoverschrijdingen die niet binnen bestaand beleid passen, en ten onrechte niet tijdig zijn gesignaleerd;
  • kostenoverschrijdingen die niet binnen bestaand beleid passen, en bewust niet zijn gemeld;
  • kostenoverschrijdingen die achteraf als onrechtmatig zijn vastgesteld, (bijvoorbeeld subsidies of belastingdienst);
  • kostenoverschrijdingen geconstateerd na afloop van het begrotingsjaar;
  • kostenoverschrijdingen onrechtmatig geactiveerd;

In onderstaand schema is de begrotingsrechtmatigheid over 2020 opgesteld. In de toelichting zal op de onrechtmatigheid worden ingegaan. Door middel van het vaststellen van de jaarstukken 2019 worden de overschrijdingen door uw raad geaccepteerd.

Omschrijving   Begrote lasten incl. begr. wijzigingen Werkelijke lasten
Overschrijding Onrechtmatig?
1. Dienstverlening   1.340.054 1.256.262    
2. Ruimtelijke ontwikkeling   503.557 585.651 82.094  
3. Sociaal Domein   7.717.606 10.251.216 2.533.610  
4. Maatschappelijke participatie   1.542.866 1.531.897    
5. Leefomgeving   8.143.023 8.228.529 85.506  
6. Bestuur en organisatie   3.988.395 3.768.929    
    23.235.501 25.429.022    

 

Toelichting op de overschrijdingen

Programma2 Ruimtelijke ontwikkeling

De uitgaven en de opbrengsten inzake lopende grondexploitaties worden niet opgenomen in de begroting. In 2019 is de grond op de Ambacht overgedragen aan Homburg. De op de balans opgenomen vooruitbetaalde kosten zijn verrekend met de grondopbrengst. De overschrijding wordt veroorzaakt door het verrekenen van uitgaven in de jaren 207, 2018 en 2019 met de verkoopopbrengst in 2020, en daarom een rechtmatige overschrijding.

Programma 3 Sociaal Domein

De kosten voor het Sociaal Domein zijn hoger dan begroot.

Dit heeft de volgende oorzaken:

Inkomensvoorziening: De extra uitgaven hebben betrekking op de uitgaven binnen de TOZO regeling. Dit zijn niet begrote uitgaven, waarvoor vanuit het Rijk een vergoeding wordt ontvangen, en om deze reden rechtmatig.

Gezondheid: binnen het product gezondheid worden de kosten van de corona crisis verantwoord. Hiervoor heeft de raad een besluit genomen voor dekking vanuit de Algemene Reserve, aangevuld met de extra inkomsten vanuit het Rijk middels de Algemene Uitkering. Zie voor meer informatie de met ingang van 2020 toegevoegde paragraaf Covid-19. Deze uitgaven waren niet opgenomen in de begroting, vandaar de overschrijding ten opzichte van de begroting, maar om deze reden rechtmatig.

WMO: In de tussentijdse rapportages voorjaarsbericht en najaarsbericht is hierover regelmatig gerapporteerd. Deze kosten zijn afhankelijk van de vraag. De overschrijding van deze open-einde regelingen is rechtmatig, alle uitgaven hebben binnen het bestaande beleid plaatsgevonden.

Jeugd: de kosten van de jeugdzorg zijn met een bedrag van € 151.000 hoger dan begroot. Deze kosten zijn afhankelijk van de vraag. Alle uitgaven hebben binnen het bestaande beleid plaatsgevonden, en derhalve rechtmatig.

Programma 5 Leefomgeving

Binnen het programma Leefomgeving zijn diverse onderschrijdingen en overschrijdingen. Deze worden in programma 5 bij de toelichting op de financiele verschillen verklaard, en vallen veelal tegen elkaar weg. De grootste uitschieter ad € 101.095,- komt voort uit het product Afval. Door de enorme toename van het restafval is de VANG doelstelling niet gerealiseerd. Dit heeft ook tot gevolg dat de verwerkingskosten van Afval, alsmede de hierover berekende afvalbelasting leidt tot een overschrijding van het budget. Dit heeft ertoe geleidt, dat als eerste maatregel tot het reduceren van restafval, betekent dat een ieder zich dient te legitimeren op de gemeentewerf met ingang van 2020. Omdat afval valt onder de open-einderegelingen is deze overschrijding rechtmatig.

 

Gerealiseerde algemene dekkingsmiddelen

Terug naar navigatie - Gerealiseerde algemene dekkingsmiddelen

Het overzicht van de Algemene dekkingsmiddelen bestaat uit de volgende componenten: 

- lokale heffingen

- algemene uitkering

- dividend

- saldo van de financieringsfunctie

- overige algemene dekkingsmiddelen

- inzet post onvoorzien

 

Lokale heffingen

Hieronder het overzicht van de lokale heffingen:

Belastingsoorten Raming begrotingsjaar
Realisatie begrotingsjaar
Onroerende zaakbelasting 2.044.224 2.054.358
Roerende zaakbelasting 7.000 5.582
Precariobelasting 487.000 517.000
Toeristenbelasting 291.800 291.800
Hondenbelasting 27.000 32.811
Totaal      
2.857.024 2.901.551

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De werkelijke baten en lasten uit hoofde van lokale heffingen, waarvan de besteding niet gebonden is wijken ten opzichte van de begroting af met een bedrag van per saldo € 44.527,-. Dit betreft voornamelijk een aanpassing op het aantal strekkende meters electraleiding voor de heffing van precario.

De aanslag toeristenbelasting wordt opgelegd in 2021 na de ontvangst van de vastgestelde nachtregisters.

 

Algemene uitkering

Van alle gemeenten wordt verwacht dat in de jaarrekening over het verslagjaar 2020 de uitkering van het gemeentefonds wordt opgenomen conform de laatst gepubliceerde accresmededeling, zijnde de decembercirculaire 2020. 

Algemene uitkering Raming begrotingsjaar
Realisatie begrotingsjaar
Algemene uitkering 2020 12.320.993 12.318.110
Afwikkeling 2018 en 2019 0 2.857
     
12.320.993 12.320.966

De algemene uitkering uit het gemeentefonds is gekoppeld aan de uitgaven van het Rijk. Door bezuinigingen van het Rijk neemt de algemene uitkering af, terwijl hogere uitgaven door het Rijk de algemene uitkering laat stijgen. De hierboven genoemde cijfers zijn afgestemd op de decembercirculaire 2020.   Het accres, waarop de gepresenteerde cijfers zijn berekend, kan wijzigen in de meicirculaire 2021. Bij het opstellen van de jaarrekeningcijfers 2020 is hiermee nog geen rekening gehouden.

 

Dividend

Dividenden zijn verantwoord in het jaar waarin het besluit tot toekenning van het dividend door de Algemene vergadering van de vennootschap is genomen. Deze baten laten zich als volgt specificeren:

Dividend Raming begrotingsjaar
Realisatie begrotingsjaar
Bank Nederlandse gemeenten 60.000 31.452
EZW 47.000 105.532
Totaal      
107.000 136.984

 

 

Saldo financieringsfunctie

Het saldo van de financieringsfunctie bestaat uit de ontvangen rentebaten over de uitzettingen, alsmede de betaalde rentelasten over de aangegane leningen en over de aangetrokken middelen in rekeningcourant. Voornoemde baten en lasten laten zich als volgt specificeren:

Saldo financieringsfunctie Raming begrotingsjaar
Realisatie begrotingsjaar
Rentelasten 975.492 873.559
  975.492 873.559

Het verschil ontstaat door een tweetal oorzaken. Allereerst het saldo van de financieringsfunctie. Dit is de tegenrekening van de doorbelaste rente op investeringen. Door enkele vertragingen en uitstellen van investeringen wordt minder rente op de desbetreffende producten doorbelast. Dit geeft een fictief rentevoordeel van € 57.033-. Daarnaast is een werkelijk voordeel op de rentelasten te zien. Dit komt met name door de lage rentestand op korte kasgeldleningen. Gedurende het jaar 2019 zijn korte geldleningen afgesloten, met tot een maximum van het kasgeldlimiet.

 

Post Onvoorzien

Op de post "onvoorzien" staat het algemene budget voor onvoorziene uitgaven. Het saldo van de post onvoorzien bedraagt € 30.000,-. Dit bedrag is vastgesteld in de begroting 2020.

Overzicht van incidentele baten en lasten

Terug naar navigatie - Overzicht van incidentele baten en lasten

Incidentele baten en lasten zijn baten en lasten die zich maximaal drie jaar achtereen voordoen.

In de jaarstukken 2020 zijn de volgende incidentele bedragen verwerkt:

 

Programma Omschrijving Lasten 2020 Baten 2020
Maatschappelijke participatie      
Gezondheid Kosten tbv corona 479.624 464.077
Leefomgeving      
Gebouwenbeheer Kunstgreep Verbouwing tbv Sociaal Plein 266.500 266.500
Bestuur en organisatie      
Juridische beleidskaders Juridische procedures 117.086  
       
Mutaties in reserves en voorzieningen      
       
       

Toelichting

 

Programma 4 Maatschappelijke participatie

De uitgaven en inkomsten van corona zijn met ingang van 2020 apart opgenomen in de begroting en jaarstukken.

 

Programma 5

Ten behoeve van de verbouwing van de bibliotheek locatie in de Kunstgreep is een bedrag onttrokken aan de Algemene Reserve ter realisering van het Sociaal Plein.

 

 

Programma 6

In 2020 zijn enkele juridische procedures gestart en afgewikkeld met incidentele aard.

 

 

 

Vennootschapsbelasting

Terug naar navigatie - Vennootschapsbelasting

Per 1 januari 2016 is de wet "Modernisering VPB-plicht overheidsinstellingen" in werking getreden. Als gevolg hiervan is de gemeente Oostzaan belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting, voor zover zij een onderneming in fiscale zin drijft.

Om de ondernemerstaken van de gemeente Oostzaan te kunnen bepalen, zijn alle producten, zoals opgenomen in de programmabegroting 2020 opnieuw ingedeeld in clusters.

Per cluster wordt bepaald of sprake is van een ondernemerstaak, en of de gemeente winst behaald uit deze cluster.

Voor het jaar 2020 is de volgende clusterindeling gemaakt:

Cluster Lasten Baten Saldo Ondernemer VPB verplichting
Aandelen 0 105.532 105.532    
Afval 1.589.959 1.305.430 -284.529    
Algemene uitkering 24.415 12.320.966 12.296.551    
Bedrijfsvoering 2.634.703 43.977 -2.590.725    
Begraven 175.700 137.018 -38.682    
Belastingen 247.749 2.915.666 2.667.916    
Bestuur 951.928 48.086 -903.842    
Burgerzaken 403.265 112.554 -290.711    
Economische activiteiten 58.722 11.530 -47.191    
Grondbedrijf 223.559 209.962 -13.597 ja ja
Kinderopvang 27.827 0 -27.827    
Milieu 432.919 8.908 -424.011    
Openbare ruimte 2.242.781 115.748 -2.127.033    
Recreatie 34.277 0 -34.277    
Riolering 1.004.758 1.323.777 319.018    
Ruimtelijke ordening 220.571 0 -220.571    
Samenwerkingen 44.403 0 -44.403    
Sociaal Domein 4.529.219 110.281 -4.418.938    
Sociale cohesie 5.148.144 4.046.163 -1.101.981    
Subsidieverstrekking

1.346.022

-17.913 -1.363.936    
Veiligheid 1.060.478 12.026 -1.048.451    
Verhuur en beheer vastgoed 2.118.303 1.042.761 -1.075.542    
Volkshuisvesting 462.935 95.275 -367.660    
Overige 42.789 0 -42.789    
Rekeningresultaat 2019 12.529 0 -122.529    
Wijkteams 42.789 0 -42.789    
Mutaties reserves 663.162 2.373.739 -1.740.577    
Totaal * 26.277.144 26.321.488 94.344    

 * In bovenstaand schema is aansluiting met de commerciële verlies en winst cijfers 2020 gezocht. Hierdoor is de volledigheid van de clustering zichtbaar en transparant.

Uit bovenstaand schema blijkt dat de gemeente Oostzaan een VPB verplichting heeft voor 2020. Echter is er geen winst gemaakt op deze cluster, waardoor de aangifte voor de VPB nihil zal zijn.

Wet Normering Topinkomens (WNT)

Terug naar navigatie - Wet Normering Topinkomens (WNT)

Per 1 januari 2013 is de Wet Normering Topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op de gemeente Oostzaan van toepassing zijnde regelgeving. Het bezoldigingsmaximum in 2020 voor de gemeente Oostzaan is € 201.000,-. Dit geldt naar rato van de duur en/of omvang van het dienstverband.

1b. Leidinggeven topfunctionarissen met dienstbetrekking en leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking vanaf de 13de maand van de functievervulling

 

Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met dienstbetrekking die in 2020 een bezoldiging boven het individuele WNT-maximum hebben ontvangen. Er zijn in 2020 geen ontslaguitkeringen betaald aan overige functionarissen die op grond van de WNT dienen te worden vermeld, of die in eerdere jaren op grand van de WNT vermeld zijn of hadden moeten worden.

1b Leidinggevende topfunctionarissen zonder dienstbetrekking in de periode kalendermaand 1 t/m 12

 

1c Toezichthoudende topfunctionarissen
N.v.t.

1d. Topfunctionarissen met een totale bezoldiging van € 1.700 of minder
N.v.t.

1e. Topfunctionaris met een totale bezoldiging van meer dan € 1.700
N.v.t.

1f. Topfunctionaris met een totale bezoldiging van meer dan € 1.700 waarop de anticumulatiebepaling van toepassing is
N.v.t.

1g. Topfunctionaris met een totale bezoldiging van € 1.700 of minder waarop de anticumulatiebepaling van toepassing is
N.v.t.

2. Uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionarissen
Uitkeringen wegens beëindiging dienstverband aan topfunctionarissen met of zonder dienstbetrekking inclusief degenen die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar als topfunctionaris worden aangemerkt
N.v.t.

3. Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT
Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met een dienstbetrekking die in 2020 een bezoldiging boven het individueel toepasselijke drempelbedrag hebben ontvangen.
N.v.t.

 

 

 

 

 

Gebeurtenissen na balansdatum

Single Information Single Audit (SISA)

Terug naar navigatie - Single Information Single Audit (SISA)

Jaarlijks dient middels een bijlage in de jaarrekening verantwoording te worden afgelegd over de besteding van een aantal specifieke uitkeringen aan de verstrekkers van deze uitkeringen. In deze bijlage zijn hiertoe een aantal kengetallen c.q. bedragen opgenomen. De exact in te vullen gegevens per regeling worden door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties via haar website beschikbaar gesteld.